Leica. It’s a tool; en een goede camera betekent niet noodzakelijk een goede fotograaf. Maar er is wel degelijk een kwaliteitsverschil.
(Ja, en een prijsverschil. Maar een degelijke lens van een ander merk kost ook behoorlijk wat geld –tenzij je voor een F3,5 of een nog kleinere maximale opening gaat natuurlijk).
De Cosina Voigtländer lens die ik een tijdje geleden heb gekocht (een 28mm F3,5 Color Skopar) is van beduidend mindere kwaliteit dan pakweg mijn Leica Summicron 50mm F2. Het gaat inderdaad over twee verschillende brandpuntsafstanden (en een nadrukkelijk prijsverschil), maar ik ben behoorlijk geschrokken van de vignetting bij de CV lens (mijn Nikkor 35-90 F3,5 zoomlens is van betere kwaliteit).
Anderzijds is Leica evenmin *altijd* garantie voor kwaliteit: de C serie van compacte fototoestellen (zoals de C3) kan niet tippen aan de stukken goedkopere Olympus Miju of Rollei AFM 35 camera’s. Ook de details rond de Digilux 2 zijn ontgoochelend (RAW buffer?).
Euh, goed. Vandaag hebben we foto’s genomen van de staff voor een brochure. Om budgettaire redenen wou de chef eerst de opnames met de eigen digitale camera maken. Voor alle zekerheid de camera ingesteld op RAW, de flits uit, de ISO op 100, en de zoom ergens rond de 40 (35mm equivalent). De camera was een Canon PowerShot S45. 4MP of zo.
Moet ik het zeggen? De foto’s waren afschuwelijk. De mensen links en rechts stonden volledig gekromd; en zowat iedereen was ineen geduwd (dikke, korte mensen). Rond de meesten stond een purperen tot lichtblauwe halo. Photoshop kan ook maar zoveel.
Resultaat? Volgende week komt de fotograaf langs. Met een digitale back op zijn medium format fototoestel. Maar het zal elke euro waard zijn.