Schrijft Bert, in reactie op L’importance du jazz:
Die paar zinnen scheppen een heel mooi beeld van hoe het zou kunnen zijn. Als (relatief) jonge fotograaf vind ik het vaak frustrerend dat er zo weinig mensen hun ervaring willen delen.
Een goed vakman zal er niet mee inzitten zijn ervaringen met aankomend talent te delen. Dat wil daarom niet zeggen dat hij alle vakgeheimen meteen zomaar prijs zal geven –dat heeft ook geen zin. Kennis delen, verloopt in gradaties, en naarmate je zelf meer ervaring opdoet, zal je ook meer informatie en tips ontvangen die relevant zijn voor de fase waarin je je bevindt –en die je dus ook zal kunnen toepassen.
Vakmanschap is een process; een in deze tijden bovendien veel te onderschat process. Mensen zijn te snel prosumers: ze zien de professionelen aan het werk met materiaal dat in onze maatschappij binnen hun –financieel– bereik ligt, en denken met de aanschaf van de tools meteen ook het métier in huis te halen. De verschillende stappen die nodig zijn om die tools te (leren) gebruiken worden overgeslaan, terwijl paradoxaal genoeg diezelfde tools ook steeds complexer worden. (Verwar overigens de prosumer niet met de pro-am, die veel dichter bij de pro aanleunt, maar zonder de commerciële dwingelandij.)
Hm. Waar was ik. Vakmanschap. Delen. Leerschool. Dat ik een groot voorstander ben van kennis delen. In fotografie komt het trouwens veel minder aan op het beheersen van die paar essentiële technische trucjes (diafragma, sluitersnelheid, en filmgevoeligheid; en de correlatie daartussen), maar voornamelijk op kijken én zien. Want dan mag je nog alle kennis delen, als het oog er niet is, heeft het allemaal geen zin. Een goede fotograaf zal ook niet klakkeloos de techniek van een leermeester overnemen: niemand zit te wachten op een tweede Dorothea Lange, Henri Cartier-Bresson, James Nachtwey, of Martin Parr. Maar onthou bijvoorbeeld van Cartier-Bresson het concept van le moment décisif, en verwerk het in uw eigen methodes.
Uiteindelijk gaat het erom je eigen weg te vinden met die kennis als basis. En dat vraagt –in de meeste gevallen– tijd.
(Hm. Niet echt een antwoord of reactie op wat Bert heeft geschreven, merk ik nu.)
Bruno, gij zijt toch een slimme mens. Ik kan daar enkel aan toevoegen: het gaat om 10% inspiratie en 90% transpiratie (behalve dezer dagen: momenteel is het bij mij 100% transpiratie en zonder iets te doen). Bijna alles is de moeite van gefotografeerd te worden, het hangt er allemaal vanaf hoe het op papier (of beeldscherm) gezet wordt. Om te leren moet ge vooral goed kijken naar foto’s van anderen zodat ge zelf begint te zien hoe het licht zich gedraagt en onderwerpen bemicht worden (dat moet bijna een tweede natuur worden), de handleiding van uw fototoestel goed lezen en blijven proberen. Een vakman kan zeggen wat hij wil: het moet van u komen. En daarmee heb ik het(zelfde) ook eens gezegd.
PS: het is hier eindelijk beginnen regenen. Juich, juich!!
Toch bedankt om enkele interessante paragrafen neer te pennen.
De basisregeltjes van de fotografie zijn inderdaad makkelijk te leren en overal te vinden. En ook het materiaal is relatief eenvoudig onder de knie te krijgen weliswaar mits vele uren oefenen.
Leren kijken is voor een deel ook te leren door je eigen foto’s en die van anderen te analyseren. Ik neem ook steeds ‘mentale’ foto’s als ik sta te wachten aan de kassa van een grootwarenhuis, in de file sta, …
Ik ben professioneel fotograaf in de zin dat ik er (een deel van) mijn brood mee verdien en dat ik weet dat ik in alle omstandigheden met minstens redelijke foto’s terugkom. Maar dat wil niet zeggen dat ik de lat niet steeds hoger probeer te leggen.
Voor een beginner is het nog redelijk makkelijk om aan informatie te geraken om bij te leren en voor een goeie amateur (die geen intentie heeft om er zijn job van te maken) zal het ook nog wel meevallen omdat hij niet ervaren wordt als concurrent van de pro’s met massa’s ervaring. Maar naar andere professionelen ligt het toch vaak heel gevoelig.
Toch weet ik dat ik nog heel wat kan leren van die mensen. Zo doe ik af en toe een fotoshoot samen met een bevriende, ervaren fotograaf. Ik leer daarbij geen toverformules voor de ideale foto maar gewoon door hem aan het werk te zien steek ik steeds interessante kleine dingen op. Dat kan gaan van de omgang met modellen tot een tip om lensflare te verminderen.
Het is ook leerrijk in 2 richtingen omdat ik hem het één en ander kan bijbrengen over de digitale kant van de zaak.
Als professioneel fotograaf gaat het ook niet alleen over fotografie. Er zijn ook dingen als omgang met klanten, marketing, … Maar over die dingen kennis delen lijkt helemaal Not Done.
De afkoeling lijkt een positief effect te hebben op het aantal woorden dat ik per dag schrijf dus ik zal maar ophouden.
ik ben enorm dan van “le moment d”cisif” maar het toepassen in streetphotography zoals ik zou willen den, daar kom ik niet toe
mensen reageren niet meer spontaan met een camera in de buurt
en als een paparazzi op de loer liggen dat ook niet de methode hé 😉 loool