straatracers

Straatracers moeten van de baan (DM) vinden Landuyt en Onkelinx, en geen zinnig mens die het daar niet mee eens kan zijn. Ze hebben op dat vlak dan ook geen onoverkomelijke taak. Maar laten we de zaken niet door elkaar halen.

In hetzelfde artikel wordt gewag gemaakt van zowel de nieuwe fenomenen van spontane straatraces en vluchtmisdrijf, als van de ‘georganiseerde’, uit de Verenigde Staten overgewaaide wedstrijden. Dit zijn echter twee geheel verschillende zaken (drie, als we dat vluchtmisdrijf afzonderlijk beschouwen).

De spontane straatraces, waarmee wordt gedoeld op de gebeurtenissen dit weekend met zware ongevallen met zowel licht- als zwaargewonden in de Oost-Vlaamse gemeenten Nukerke en Kalken, kunnen bijna onmogelijk worden vermeden. Enkel een doorgedrongen mentaliteistverandering kan hier verandering in brengen, vergezeld van een nultolerantie wat betreft de alcoholpromilles van chauffeurs. Glaasje op, laat je rijden; don’t drink and drive; un verre ça va, deux verres, bonjour les dégats, waarbij onze Franstalige vrienden duidelijk de meest liberale in dit gezelschap zijn. Ik heb die grens tussen 0 promille en 0,5 nooit begrepen. Wie rijdt, drinkt niet; wie drinkt, rijdt niet.

Maar het valt nooit absoluut tegen te houden (Als ik eraan denk, word ik misselijk getuigt één van de ‘straatracers’ over de gebeurtenissen in Nukerke in DS):

“Hij is dol op snelheid, dat is het probleem”, zegt zijn moeder. “In juli zal hij een jaar zijn rijbewijs hebben, maar hoeveel keer hebben we hem niet gewaarschuwd?” De jongen kijkt beteuterd: “Deze week las ik in de krant over twee gasten die hetzelfde doen. Ik zei nog: Ezels! En ik doe het nu zelf.” Hij schudt zijn hoofd en blijft herhalen: “Dom, dom, dom.”

De georganiseerde, ‘illegale’, straatraces, daar valt iets tegen te beginnen. Niet op korte termijn, maar met een gedegen aanpak, en een beleid dat ruimte biedt voor alternatieven. Want daar is wel degelijk nood aan: in België is er een schrijnend tekort aan legale ‘circuits’. Er zijn er slechts een handvol, waarvan Zolder waarschijnlijk het bekendste is, maar voor de rest moet de Belg het in het buitenland zoeken. De schaarste van die circuits jaagt bovendien ook de prijzen de hoogte in. Al zijn de ‘straatracers’ ook niet altijd geïnteresseerd in racen op een circuit. Vaak volstaat een lang stuk rechte baan waar men eens goed het rubber aan het asfalt kan slijten, zoals een landingsstrip van een in ongebruik geraakt vliegveld.

Kortom, nultolerantie: ja; sterke aanpak: ja. Maar bied een alternatief, sensibiliseer, en geloof vooral niet dat er een kant-en-klare oplossing bestaat.

(Nieuw is het fenomeen overigens niet, in tegenstelling tot wat men u wil laten geloven; zo is het dit jaar 50 jaar geleden dat James Dean zich met zijn Porsche heeft verongelukt.)

takelen

Sommige entries beginnen aldus: het moest er een keer van komen. Dit weekend was het bijzonder erg geweest; er is een duidelijk crescendo waarneembaar sinds de Albertlaan (langs onze kant) opnieuw werd opengesteld.

Zondag heb ik minstens vier mensen van de plaats voor onze poort moeten wegjagen. Vier keer, en dat zijn dan die keren waarin ik toevallig uit het raam aan de voorkant keek of Henri, die vruchteloos trachtte de werken vlakbij het station in de gaten te houden. Vermoedelijk zijn het er dus meer geweest.

De vijfde keer waren we te laat. Het was een Fransman, met een (zeer volumineuze) bestelwagen bovendien. Niks aan te doen.

Iets voor tien (de Star Academy Live Show was net afgelopen), wou ik nog even nakijken of de onverlaat onze poort al had vrijgegeven toen ik op straat beweging zag. Een paar huizen verder moest een buurman de politie hebben gebeld, en was ondertussen een takelwagen, geflankeerd door een agent van de gemotoriseerde politie, een wagen aan het verwijderen. Daar was mijn kans.

– Hm. Excuseer, meneer. Maar als u hier klaar bent, zou u dan ook de wagen voor ónze poort willen verwijderen alstublieft? vroeg ik heel opportunistisch aan de agent.

“Wel ik draai momenteel al overuren, maar als ú nu naar de 101 belt, dan roep ik ze tegelijkertijd ook op, en dan komt er straks iemand van mij overnemen. Binnen de tien minuten staat die ploeg hier dan.”

Die tien minuten werden er gemakkelijk veertig, maar toen dienden zich twee agenten aan, die eerst nog –zonder gevolg– het nummer probeerden te bellen dat op de zijkant van de camionette stond, daarna het hotel wat verder in de straat bezochtten, een takelwagen bestelden, en en passant nog een fietser tegenhielden omdat die zonder licht reed.

Rond half twaalf was het zover, en gaf er niet één, maar gaven er twee takelwagens present om de onverlaat weg te slepen. Twee, want de bestelwagen stond langs beide kanten geflankeerd door andere voertuigen, en zo’n bestelwagen kan je niet gauw in 1-2-3 met een autokraan de lucht in takelen. Al snel werd er voor geopteerd een pastelgroene BMW Sedan (3 of 5 serie) uit zijn wettelijk correcte verblijfplaats te tillen, en tijdelijk op een van de takelwagens te stockeren. Ondertussen stond de halve Albertlaan veilig van achter het raam de actie(s) gade te slaan.

De tweede takelwagen was achteruit de straat opgereden, positioneerde zich schuin achter de bestelwagen, waarop tussen beide een stalen kabel werd gespannen, en voor je fahrvergnugen kon zeggen, bevond het ding zich op de laadwagen.

“Ze zouden hier toch duidelijke markeringen moeten aanbrengen hé meneer,” zeiden de agenten nog unisono, voor ze hun blauwe zwaailicht aanzetten. “Enfin, u belt maar als er zo nog een is. Nog een goede nachtrust gewenst.”

the good morrow

(Ofschoon het nu bijna middag is.) Een gezonde mix van dingen.

Bij Limerick konden ze mij dit weekend niet verder helpen in mijn zoektocht naar Ed van Eedens Liefste Litteken: niet langer beschikbaar (volgende week De Slegte proberen). Maar in mijn contentement de nieuwe Zorro toch te vinden ben ik vergeten vragen naar Dood van een soldaat (Johanna Spaey), dat ook al een tijdje op mijn verlangenlijstje staat. En nu blijkt ze toch niet de Gouden Strop te hebben gewonnen zeker?

Verder over leesvoer, zou ik meteen een verzoekje willen richten tot de treinreizigers. Wanneer u uw lievelingsvod hebt uitgelezen, neemt u dat het beste terug mee. Het excuus dat u de andere treinreizigers op lectuur wilt vergasten is een povere poging tot maskering van uw luiheid en egoïsme. De trein is geen afvalbak, en al evenmin een verdeelzuil van uw gratis Metro-krant. (Eigenaardig toch dat u, in al uw altruïsme, enkel de metro of de onpopulaire bijlagen van de krant achterlaat.)

En, ten slotte, over achterlaten gesproken, betrapte ik Henri deze ochtend op zijn potje, met een pijnlijke stoelgang. “Papa, dat scherp randje van die croissant, dat ik gisteren heb opgegeten?”

– Ja jongen?

“Dat is er nu aan ’t uitkomen denk ik.”

He’s a real comedian, that kid is.

(Met dank aan John Donne voor de titel –of aan een opleiding Germaanse, die af en toe toch wat vruchten afwerpt, al hangt dat dan weer af van uw perspectief.)

the cycle

Heel even getwijfeld om, zoals Michel, mijn ervaring met de blog lifecycle neer te pennen, en uiteindelijk toch maar toegegeven…

  1. Start reading blogs: nope. Eerst mijn eigen blog. Al heette dat toen nog niet zo.
  2. You start a blog: jawel. Al ging het niet over cheese sandwhiches, maar een beperkt groepje minimalisten (voor het gemak reken ik Peter Greenaway daar ook maar bij): december.org. In het Engels, of course.
  3. You become a stats whore: hmmm, tough call. Ik heb mijn statistieken altijd bijgehouden (en laten verloren gaan), maar ik heb (nog) nooit geschreven om zoveel mogelijk bezoekers te hebben. Och! al was het best vermakelijk om te zien dat ik de leased line van Netpoint/Impakt kon plat krijgen (samen met Michels site van één of ander model), toen ik destijds een ‘fansite’ over Vanessa Paradis had.
  4. You become really personal on your site: goh, ik laat mij af en toe wel eens gaan zeker, maar evenmin zoals het daar staat denk ik.
  5. You faux ‘retire’ from blogging: guilty as charged, met december.org. Nog nooit met dit blogje.
  6. You cave back into blogging in less than 72 hours: nope.
  7. You decide to ‘get serious’ about blogging: nah.
  8. You have a pseudo flirty im/blogging/flickr flirting relationship with another blogger whom you have never met: tuurlijk, en ik zit ganse dagen achter de webcam ook. Allez, gesteld dat het waar was, zou ik het dan hier toegeven? Alhoewel, volgens mijn disclaimer… Ja dus. Euh nee. Of wacht…
  9. You decide that you must meet other bloggers: dat heb ik nooit gehad. Ik had daar wel eens aan meegedaan, maar ik kende die mensen al IRL. Gent.blogt was de eerste keer, denk ik.
  10. metablog about blogging: ongetwijfeld, zoals dit eigenste lijstje
  11. See step 5: ja (overgang van december.org naar de huidige weblog), maar alweer: zonder stap 6.
  12. you need to sanitize or reinvent your blog: niet zoals het daar staat. (You purge or hide archive entries and take more note to remove full names of your friends/crushes/accidentaldrunkenfondels from your site and links list. Your blog goes back to cheese sandwhiches.)
  13. lose your job because of blogging: twijfelgeval
  14. an anonymous livejournal blog: nee, want vroeg of laat komt dat toch uit (cfr stap 8).

albertlaan

Hm. Ik kon toch moeilijk de eer aan Huug laten *grijns* Aldus, mede onder het mom Flickr wat verder te testen, heb ik vanochtend samen met Henri (op weg naar de GB aan het Hendrikaplein) nog snel wat foto’s genomen.

Toen we gisteren de werken voorbij gingen, waren ze net een geprefabriceerd tramspoorpaar van zo’n oplegger aan het takelen. Helaas (bij verschrikkelijk hoge uitzondering) had ik mijn fototoestel niet bij me. Geen nood, want zoals u kan zien, hebben ze nog een hele weg te gaan.

plaatsgebrek

Kwestie van er geen millimeter naast te zitten:

albertlaan 20050605 (3)

We hadden toch een beetje geluk, ze hadden net beton gegoten tussen de sporen (de afwerking volgt later).

albertlaan 20050605 (2)

Voila. En ik heb de banner van het weblog nog maar eens aangepast. (’t Was weer een tijd geleden.)

meer!

Meer foto’s, meer muziek, meer boeken, meer strips, meer lawaai, meer vakantie!

Pieter[l|r] heeft gelijk: flickr is een groot feest. Ik zag het vroeger als een alternatief voor tpv, maar eigenlijk is het meer een aanvulling daarop. Enfin, ik bekijk hoe ik het juist ga aanwenden. Het zou goed zijn als je een badge zou kunnen maken van foto’s uit een photoset. Wreed praktisch is inderdaad de ‘contactsfeature, waardoor je in één oogopslag alle recente foto’s van said parties te zien krijgt. Makkelijker dan RSS (tenzij in mijn reader een feature zit die ik nog niet ontdekt heb).

Meer muziek: binnenkort start ik met wat korte CD-besprekingen of aanraders, voorzien vaan een voorbeeld-mp3, die dan maximaal of een week of zo beschikbaar blijft. Een procdure schaamteloos afgekeken van excellente muzieksites zoals daar zijn: aurgasm, Gunter likes french fries, Jazz and Conversation, Xanax Taxi, en vele andere. Think of it as december.org redux –voor de vier man die zich die site nog herinneren.

Meer boeken: op mijn nachtkastje ligt Zorro, het nieuwe epos van Isabel Allende (vanochtend gekocht in de Limerick), waarmee ik een Tessa te snel ben af geweest (tsja, had ze maar niet naar dat congres in Stockholm moeten gaan).

On an entirely different matter zijn ‘ze’ (De Lijn) dit weekend begonnen met het groots weekendoffensief om de tramsporen in onze straat te vervangen. De komende vier weekends wordt er rond de klok gewerkt, met navenante last voor de omwonenden. Niet dat ik er voorlopig ook maar iets van heb gemerkt (behalve dan dat net tijdens dit regenweekend de trams niet rijden in onze straat). Binnenkort (= volgend weekend) wat foto’s maken.

That’s it. Wat betreft de strips, ga ik straks (zodra ik mijn logon gegevens heb ontvangen) de ‘explorefeature van De Poort eens bekijken (misschien meer daarover later), en die vakantie, tsja, een mens moet kunnen dromen.

(BTW stay tuned volgende week, voor de fnac cadeaucheque.)

zwoel

Muggy, dat is volgens mijn sympathieke native English collega het goede woord voor het weertype vandaag.

Zwoel, doef, of een van regen zwangere lucht, durven wij wel eens te zeggen. Maar aan zijn blik te zien had ik mij even goed in een Chinees dialect kunnen uitdrukken.

“J’en ai marre” of “neuken in de keuken” is zonder onderscheid zijn repliek in onze landstalen. Freudiaans, die eerste zinnetjes in een vreemde taal (“vorrei fare l’amore con te” en “vil du bolle med mig” heb ik aan een ondertussen ver Europees verleden overgehouden).

Overigens volgt hij, voor het eerst in de vier jaar dat hij in ons land vertoeft, taallessen. Frans natuurlijk, want hij woont tenslotte in het Brusselse. Al kan onze –minstens even sympathieke– Franstalige én vrouwelijke collega die keuze best hebben beïnvloed. Zij leert overigens Nederlands, waardoor ik nu ongewild in een taalkundige driehoeksverhouding ben terecht gekomen.

komaf

De Patroonsfederatie der Beroepsrestaurateurs klaagt dat ze niet werden betrokken bij het opstellen van het kb van minister van Volksgezondheid Rudy Demotte (Restaurants verwerpen rookverbod in DS).

U weet wel, het kb dat restaurants en cafés die minimaal een derde van hun omzet uit voeding halen, vanaf 2007 de verplichting oplegt volledig rookvrij te worden. Cafés die minder voeding verkopen, hoeven dat niet.

Volgens de restaurateurs zullen die cafés een stuk omzet overnemen van collega’s die rokers moeten weigeren. “Hoe gaat de minister de praktijk opvolgen als de klanten zullen verschuiven van de ene naar de andere zaken”, vragen ze zich af.

Ook wijzen ze erop dat horecazaken die zich de vorige jaren gehouden hebben aan de vraag om in rookafzuiginstallaties en rookvrije ruimtes te voorzien, nu de dupe zijn.

Hoewel ik het eerste café met zo’n afzuiginstallatie nog moet betreden, kan ik de Patroonsfederatie der Beroepsrestaurateurs in hun eisen best bijtreden. Laat er ons dan ook gewoon komaf mee maken.

Wijzig het kb maar meteen, zodat vanaf 1 januari 2006 alle cafés en restaurants verplicht worden geheel rookvrij te zijn. Het zit er toch aan te komen, dus kiest u maar beter voor de korte pijn. Een (zeer) groot deel van de zowat 80% niet-rokers zullen u dankbaar zijn.

boeken 200505

Zie ook vorige maand:

* te vermijden / ** genietbaar / *** onderhoudend / **** aanrader // ***** onmisbaar

Waarbij de vijf sterren slechts uitzonderlijk worden gegeven; de eigenlijke rating is dus een score van 1 tot 4.

  1. The Bourne Supremacy (Robert Ludlum) ***+
    What can I say… het blijft gewoon goed. Ontspannend, gestructureerd, en hoewel het 600+ klein gedrukte bladzijden telt, krijg je nooit de indruk dat verhaal werd uitgerokken. Op naar deel drie, en dan eens iets anders van Ludlum proberen.
  2. De ontelbaren (Elvis Peeters) **+
    Best OK, een boek dat je laat nadenken, maar met een krakemikkig einde. De ontelbaren overspoelen West-Europa, waar komen ze vandaan, wie zijn ze, en wat willen ze? Geleidelijk aan overspoelen ze onze samenleving, plunderen onze winkels, en nemen ze onze huizen over. Het verzet bouwt langzaam op. Confronterend maar sereen opgebouwd.
  3. J’abandonne (Philippe Claudel) ***+
    Een verschrikkelijk boek. Het pessimisme druipt ervan af, alle vertrouwen kwijt in de maatschappij. Goed einde ook, al heb je een groot vermoeden van de afloop. Net geen vier sterren, maar lees het toch maar. (Het laat mij bovendien nog steeds niet los.)
  4. Specht en zoon (Willem Jan Otten) ***
    Ook al zo’n erg boek. Er zitten een paar denkfouten in, maar ze zijn goed weggemoffeld. Een eigenaardige keuze van de verteller (een stuk canvas): in het begin lijkt het een gimmick, maar het is goed uitgewerkt, tot op het einde van het boek toe.
  5. Last Witness (Jilliane Hoffman) *
    Haar vorige boek vond ik nog een onderhoudend debuut, maar deze keer is ze volledig de mist in gegaan. De dwaze uitleg heeft duidelijk de overhand; van een plot en een verhaal is slechts met moeite sprake. Gemiste kans. Afgeschreven.
  6. Lucht (Bart Koubaa) ****
    Hola! Laat dit maar beter niet liggen bij uw volgende trip naar de boekhandel. 124 bladzijden poëzie in prozavorm. Ik had het even lastig om in het verhaal te komen (een beetje verwarrend), maar het boek heeft een prachtige structuur, veel oog voor detail, en Koubaa slaagt er absoluut in de sfeer in het boek te (be)houden.