zoldering

Vandaag de meeste zaken die ik naar de zolder had verhuisd, weer een verdiepje lager gebracht. Behalve de houtkachel, een zetel, een billy-kast en wat houtblokken, is de ruimte terug leeg.

Morgenvoormiddag wordt er een lading balken, OSB, glaswol en schroeven gebracht, goed voor 70m2 (onder)vloer. En dan mag ik met mijn schoonvader de ganse dag vloerleggen. Na eerst alles vier verdiepingen hoger te hebben gedragen natuurlijk.

En dit is nog maar het eerste deel. Vorig jaar werd het dak herlegd, en geïsoleerd, nu is het de beurt aan de vloer. Het eerste deel, want bovenop de vloer die we morgen gaan leggen, komt nog eens rotswol (of iets dergelijks) drukvaste plaat, en daarop, zwevend, nog eens OSB en dan daarop misschien nog de eigenlijke vloer.

De zolder is immers de luisterruimte, en ik wil die ruimte dan ook zo geluidsdicht als mogelijk. Met de buren moeten we op die hoogte niet echt meer inzitten –langs de ene kant is er niks, en langs de andere kant een verder niet gebruikte zolder (als er toch last zou zijn, aarzel ik geen moment om verder te isoleren natuurlijk). Op het verdiep onder de zolder slaapt Henri, dus momenteel is het belangrijk het geluid naar onder toe zoveel mogelijk te dempen.

warm

Ofte: het mysterie van de ton. Nu ja. U had het waarschijnlijk wel al door. De ton is geen middel om alcohol uit suiker te halen, en al evenmin een boiler of verwarmingsketel. Al was dat laatste wel het dichtste bij de waarheid.

Without further ado: onze houtkachel.

stilleven van houtkachel en zetel

De zolder wordt zo zoetjesaan verder ingericht tot luisterruimte (straks ga ik met mijn schoonvader (onder)vloershoppen), en –hoewel de ruimte vorig jaar zeer goed geïsoleerd werd– met deze wintertemperaturen was enige bron van verwarming toch aangewezen. Ik heb het geprobeerd met een elektrieken vuurken, maar dat was zoals een pleister op een houten been. Een houtkachel dus. En het is er op 1-2-3 warm. Zo warm dat ik de vensters even moet openzetten als ik te snel de nieuwe blokken op het vuur leg.

Chaud devant!

geheimzinning ii

Pfff. De zwarte ton is op de zolder geraakt. Nog nooit zijn er zoveel en zo ingewikkelde dingen moeten gebeuren om zo’n tonvormig onding één (1) verdiepje hoger te brengen.

Deze ochtend (middag) om half twaalf, ben ik met twee andere mannen, bij huurland een portiek gaan ophalen. Twee beugels, een dikke en zware stalen balk ertussen, en dan een takel (1 ton, zes meter ketting; ik vermoed dat die 1 ton staat voor de last die ze kan dragen).

Terug thuis gekomen, blijkt dat de beugels van de portiek niet door de deur van de zolder kunnen. Grote paniek. We zullen de verkoop moeten annuleren, dat gaat nooit lukken, nog met geen tien man krijgen we dat ding hier naar boven. Soit, terug naar huurland, waar een zeer behulpzame mens suggereert ipv die portiek, een stelling te gebruiken. Why the fuck not denken we alledrie tegelijk. Zolang het ding maar boven geraakt. De beugels worden omgeruild voor vier stukken stelling en evenzoveel dwarslatten. Camionette binnen, en wegwezen.

Het is ondertussen 14u geworden, als we het eerste stuk stelling uit het voertuig dragen. Heel voorzichtig, maar zonder problemen geraakt het door de deur, voorzichtig draaien, de trap op, en jawel daar prijkt 1 stuk verfbespatte stelling op de zolder. Met veel moed en gezwindheid gaat het terug naar beneden, waar achtereenvolgens nog drie stukken stelling, de dwarslatten, de steunbalk, een ladder, en een kist met de takel en twee draagriemen naar boven worden gedragen. De stelling wordt op 1-2-3 in elkaar gestoken (met een nipte marge in de hoogte), de takel aan de steunbalk bevestigd, en één singel (draagriem) aan de ’ton’ bevestigd. Die bevestigingen noodde ons tot enig experimenteren, maar na enig zoeken werd de meest efficiënte manier gevonden. De andere singel –indien u daarnaar benieuwd was– werd gebruikt om de takel aan de steunbalk op te hangen.

En dan een kwartiertje aan de ketting trekken. Zo’n takel is immers bedoeld voor het hijsen van (zeer) zware lasten. Zoals we ons nog wel herinneren uit de lessen fysica, kunnen we vaak aan kracht winnen, door een langere afstand af te leggen. De takel bevat dus twee kettingen: eentje waaraan een haak werd verbonden, en waarmee je de last kan grijpen; en een tweede, gesloten ketting, waarmee je de eerste ketting kan ophijsen of laten zakken. En ik kan u verzekeren, dat de tweede ketting ettelijke kilometers heeft afgelegd.

Maar goed, het zwarte geval staat er, op onze zolder (sinds 17u15). Er ontbreekt nog 1 dingetje aan, dat ons deze week nog wordt bezorgd, en dan laat ik u weten wat het is. Het is helaas geen destillatievat.

Een grote pluim voor de mensen van huurland. Goedkoop was het niet echt (82 EUR), maar we hebben een uitstekende service en advies gekregen.

hoog

Tussen twee kotsbeurten in (ik heb griep of iets gelijkaardigs), zijn we bij een vriendelijke meneer langs geweest die inbouwhaarden en houtkachels verkoopt.

Waarop hij ons vertelde dat je toch wel over een schouw van een meter of vijf-zes dient te beschikken voor je er een haard onder kon zetten. Tenzij je per se de rook terug in de woonruimte wou laten neerslaan.

Nu is die hoogte eigenlijk nergens een probleem, maar gezien de schouwen niet boven ons dak uit komen, kan dat net op zolder wél voor complicaties zorgen. En daar we net een jaar geleden ons dak hebben vernieuwd weet ik niet of ik bereid ben er meteen een gat in te laten maken om een inox buis door te laten komen (want de zolder is in het midden wel hoog genoeg).

Ik heb het telefoonnr gekregen van de mens die voor hen meestal de installaties doet, en ik moest hem maar eens bellen voor advies. Wat ik binnenkort dan ook ga doen (maar eerst (terug) slapen).

heraanleg (ii)

Belofte maakt schuld. Ik heb gisterenavond de powerpoint presentatie van de heraanleg van de Groot-Brittanniëlaan en de Koning Albertlaan meegkregen, en ik heb ze zonet in een PDFje omgezet (650KB ipv de oorspronkelijke 15,5MB).

Te dowloaden alhier: PDF presentatie.

typedoorsnede

In die PDF staat (naast een heleboel doorsneden en plannen) het volgende te lezen:

  • Wooncomfort : geluidsdempende maatregelen op de trambaan
  • Snelheidsremmende maatregelen (van 2×2 rijstroken naar 2×1 rijstroken en asverschuivingen)
  • Verkeersveiligheid en gebruikscomfort
    • Bijzondere aandacht oversteekplaatsen / perrons
    • Fietspaden met veiligheidsstrook
  • Parkeerplaatsen langsheen tracé + ter hoogte van pleintjes Eedverbondkaai – Gordunakaai
  • Groen = laanbeplanting

Maatregelen tijdens de werkzaamheden:

  • autoverkeer minstens in 1 richting toelaten tijdens de werken
  • tramverkeer in beide richtingen tijdens de werken, plaatselijk op enkel spoor – aanleg met prefabelementen wordt onderzocht
  • minimale hinder voor de buurtbewoners d.m.v. fasering
  • de panden blijven bereikbaar d.m.v. voorlopige verhardingen

Opdeling van de werkzaamheden in 7 fasen

  1. Brug – richting station Gent Sint-Pieters
  2. Brug – richting ring (R40)
  3. Koning Albertlaan – richting station Gent Sint-Pieters
  4. Koning Albertlaan – richting ring (R40)
  5. Groot-Brittanniëlaan – richting station Gent Sint-Pieters
  6. Groot-Brittanniëlaan – richting ring (R40)
  7. Aansluiting met de Martelaarslaan

Gemiddeld worden er 42 werkdagen voorzien per fase; de ganse werken zullen ongeveer 280 werkdagen duren (geschat: anderhalf jaar), en kosten ongeveer 5.000.000 EUR.

De lengte van het traject is iets meer dan 1 km, de breedte is 26 meter (gemiddeld); de Albertbrug is 75 meter lang.

Als het gedeelte met de prefabelementen doorgaat (en die kans is heel groot), dan wordt er in het weekend gewerkt van vrijdagavond tot zondagavond (-nacht?). Immers, om die elementen te plaatsen, wordt de tramdienst onderbroken; tijdens het weekend ondervindt men daar het minste last van. Voor de omwonenden betekent dat iets meer last tijden het weekend (so what), maar het prefabwerk gaat wel enorm snel: per weekend kan men 150 meter vorderen, waardoor men in theorie slechts 1 weekend last heeft van die werken.

Het super-de-super positieve aan de heraanleg zijn de bomen: er worden opnieuw bomen geplant in beide lanen (hadden we op school niet geleerd dat er in een laan per definitie bomen moeten staan), met een frequentie van 1 boom per twee parkeerplaatsen.

En wij krijgen er eentje vlak voor ons deur –joepie!
(Euh, eerder naast de deur, vlak voor ons venster, want de deur/poort geeft toegang tot onze garage.)

heraanleg

Op vier (of was het vijf) oktober starten de werken voor de heraanleg van de Koning Albertlaan en de Groot-Brittanniëlaan. Ergens in december vorig jaar was er daarover een eerste infovergadering geweest (die ik schielijk had gemist), en vanavond was de tweede.

Met tout le beau monde uit beide straten, en een panel bestaande uit Geert Versnick (schepen van Openbare Werken), Hilde Ballegeer (voorlichtingsambtenaar Dienst Voorlichting) en (ik dacht) Etienne De Cock (van de Vlaamse Vervoermaatschappij De Lijn Oost-Vlaanderen). Karin Temmerman (schepen van Stedenbouw en Mobiliteit) liet zich verontschuldigen.

Het ziet er goed uit. Er komen opnieuw bomen in de straat, de 2×2 rijvakken worden er 2×1, er komt een gluidsdempende trambedding, bufferzones op oversteekplaatsen, en een (zeer) breed voet- en fietspad.

Op mijn computer prijkt ondertussen ook de presentatie die deze avond werd gegeven –ik krimp die even in, en dan plaats ik dat ook on-line (momenteel 15MB).

De hevigste reacties kwamen er op de parkeerplaatsen, of liever de inperking daarvan: op het 1 km lange traject worden er 74 parkeerplaatsen gereduceerd (waarvan 25 voor de aanplanting van de bomen). Blijkbaar een Onoverkomelijk Groot Probleem voor gezinnen met twee wagens (ge jaagt ons op die manier de stad uit, meneer Versnick).

Wij hebben dat probleem natuurlijk niet, want (a) wij hebben maar 1 wagen en (b) die staat dan nog eens in de garage. Niettemin begrijp ik het probleem, al weet je natuurlijk op voorhand dat parkeren beperkt is in de stad. Bovendien is het parkeerprobleem reeds sterk verminderd met de invoering van de bewonerskaart.

Oh ja, en iemand van mobiliteit wist te vertellen dat er recent een wetswijziging was ivm die parkeerkaarten: ook als je over een garage in de buurt van de woning beschikt, heb je nu recht op een bewonerskaart.

Bon, morgen meer.

zwart (bis)

Oh. Er valt geen muur meer in te slaan. Allez. Circulez. (Il n’)y a rien à voir.

Maar kijk, ik heb nog eens fotookens getrokken (klik elk dingske voor een groter dingske):

de kamer de kamer de kamer

(Het laatste gewoon als sfeerbeeld.)

Maar ge kunt u voorstellen hoeveel stof dit deed opwaaien. Tot in de gang.

U wordt op de hoogte gehouden.

zwart

Als ik maar geen stoflong heb (not likely). Het schilderskot is volledig leeggemaakt (op de boiler na, maar die hangt in de muur), en ik ben begonnen met het papier af te steken.

Komen daar toch geen ganser stukken bepleistering mee zeker? Gevolg: van de ganse muur aan de kant van het venster heb ik de bepleistering verwijderd (enfin, toch bijna alles). Waar de muur tegen de zoldering kwam, was nog (reeds?) een stukje dak, en daar werd door de bepleistering een boogje gemaakt.

Helaas. Ook dat kwam mee met het papier (oorzaak: vochtplekken, waarschijnlijk tijdens de hernieuwing van ons dak). Tegen het stuk(je) dak, achter de bepleistering zat zo’n gans stuk dun latwerk (wreed mooi eigenlijk), maar dat moet eraf als ik nadien isolatie wil aanbrengen.

Doel van de kamer?

  • Oorspronkelijk was het Tessa’s schilderkot (activiteit stopgezet na geboorte Henri);
  • daarna is het een rommelkot geworden, waar ik alles uit heb verwijderd vorige week;
  • zelf had ik er eigenlijk graag een donkere kamer van gemaakt,
  • maar we konden er evengoed een dressing/walk-in closet van maken;
  • alleen: ze ligt vlak naast Henri’s kamer (die boven onze slaapkamer is), en vlak boven de badkamer. Zodus dachten wij er –mettertijd– een badkamer voor Henri van te maken.

Maar eerst moet ik uitzoeken of die muur een draagmuur is (en ik hem er dus van tussen mag halen).

En onderwijl heb ik een ganse namiddag stof ingeademd (zwart snot, zwart traanvocht, en reutelende longen). Ik zal de volgende keer maar zo’n maskertje aandoen zekers?

bezig

Klusjes. Hopen klusjes. Vorige week van het goede weer geprofiteerd om wat werk in den hof te verzetten, en deze week spelen de werken zich eerder binnenshuis af.

(Voorlopig zonder foto’s, maar ik zie wat ik kan doen.)

  • Alle klimop van de linker tuinmuur gehaald. Klinkt eenvoudig, maar het was vooral balanceren op een aluminium trapladder van ochere 2 meter hoog (en een muur van 4 meter), in een uiterst onstabiele ondergrond. Maar alles is eraf. Inclusief een paar tientallen meter nutteloze kabel, die vroeger voor electriciteit in ‘den achterbouw’ zorgde. Nu blijft daar slchts 1 moderne kabel van over, die net niet door mijn haagschaar –op twee plaatsen– werd doorgeknipt. Aan dat euvel moet ik dringend verhelpen, want ondertussen zit ik daar zonder elentriek (een half blote kabel is niet meteen veilig te noemen, dus ik heb hem maar uitgeschakeld aan de zekeringskast).
  • Bijna alle klimop is verdwenen van de rechter tuinmuur. Er licht nog een klein beetje op de muur (en die hoort er net zo thuis als de pruik op het hoofd van een niet nader genoemde leraar uit de middelbare school). Daarna moet de klimop nog van de zijkant van die muur worden verwijderd, en dat is een precisiewerkje. Ttz enige voorzichtigheid is geboden, want de muur staat met een inclinatie van zo’n 10-15 graden op zijn grondvesten. En helt af naar onze kant natuurlijk. Routine: terwijl ik stukje bij beetje de zijkant vrijmaak, voegt mijn schoonvader de gaten dicht.
  • De hoge beukenhaag achteraan werd gesnoeid tot op zo’n 1-1,5 meter. De haag was ondertussen immers zo hoog geworden dat we onze ‘achterbouw’ niet meer konden zien. En dat was jammer, want het is een mooi gebouw (al moeten er –op middellange termijn– wel herstellingen worden uitgevoerd).
  • De overhangende spar(reboom) van de linkerbuur duchtig gekortwiekt. Nu moeten we hem nog ne keer vragen om hem af te toppen (grondig in te snoeien), want sinds vandejaar pakt hij (=de spar) zowat al ons zonnelicht weg in de namiddag (en we zitten in zuid-westen).

Maar dat was vorige week. Tijdens de minder-goede-weerdagen houden we ons onledig met

  • Het oude schilderkot leeg te maken. Een kleine ruimte (3 op 3 meter ?) waarin de boiler staat en waar in lang vervlogen dagen wel eens iets met verf op doek werd gezet, werd op vier jaar tijd volgestouwd met allerlei… onzin. En dat werd er vandaag allemaal uit gezeuld.
  • De oude kinderkleertjes van Henri kwijtspelen. Bijna vijf jaar kleren liggen in een (grote) trapkast opgestapeld, en die wordt leegemaakt zodat we de ruimte voor onze huidige garderobe kunnen gebruiken.
  • De dienstkeuken (op het gelijkvloers, met zich op en toegang tot de tuin) vrijmaken, en tot bruikbare ruimte omtoveren.

Enne daarnaast ook nog:

  • Een container voor gemengd (huis)vuil laten komen (al wil ik best eerst eens uitzoeken wat dat moet kosten). En ja, we zullen die zonder problemen kunnen vullen. *zucht*
  • De helft van de serre uitbreken en tot wintertuin/regenzomerschuilplaats uitbouwen.
  • Eindelijk eens aan ons terras beginnen.
  • Gras zaaien, struiken verplaatsen en onkruid uitdoen. Maar dan in omgekeerde volgorde.

En zo blijft ne mens blijft bezig hé.

ooglicht

Wij verkeren in een vergelijkbare situatie: onze voordeur is ook zo’n ‘poort’, inclusief verlaagde stoep.

Mijn eerste reactie was dan ook: niet over nadenken, gewoon laten wegslepen. Maar ik zou gewoon een grote mond opzetten, want ook wij hebben dat nog nooit laten doen. Toen we hier kwamen wonen, parkeerde jan en alleman hun wagen voor ‘onze poort’. We gebruikten ze toen zelden om de wagen in binnen te zetten, maar wij volgden dezelfde redenering: zo’n poort is echt een gerief in de stad, waar er een tekort is aan parkeerplaatsen. Voor ons deur hebben we altijd plaats.

Yeah right; nu wel.

In het begin zetten we de wagen bijna nooit binnen (net iets te groot om gemakkelijk te zijn –de Alfa 156), en de mensen uit de buurt plachten al eens hun wagen voor onze poort te plaatsen. Na een paar maand heb ik dan etiketjes gedrukt op de printer, en plakte ik dan beleefd een etiketje op de zijruit (Dank u om in het vervolg uw wagen niet meer voor onze poort te plaatsen.)

Eén buur bleef echter volharden, ook toen we onze wagen (ondertussen de kleinere Lancia Y) dagelijks binnenreden. Maar meestal blokkeerde hij ons in het weekend, of ’s avonds, als ik thuiskwam.

Edoch: gezien ik ’s avonds vroeg thuis ben, vertrek ik ’s ochtends ook vroeg; soms om 5u45, nooit later dan 6u10. En op een ochtend was het prijs hé: zijn wagen stond half voor de poort; ik kon er niet uit. Toen ben ik maar aan zijn bel gaan hangen, tot hij de deur kwam opendoen, en een beetje geambeteerd zijn wagen toch maar verplaatste. Ik heb het een keer vijf-zes moeten doen, en nu is hij precies geleerd (beter laat dan nooit): amaai, ik wist niet dat gij zo vroeg vertrekt zulle.

Of dat nu verzuring is, who knows. Maar sommige mensen gunnen u tegenwoordig het licht in uw ogen niet. Spijtig.