Een kleurke per maand

Color a Month Daily Planner

Vroeger, toen ik nog een drukbezet mannemens was, hield ik een geschreven agenda bij. Van (tand)arts tot zwemles, het stond er allemaal in –niet dat ik ooit zwemlessen heb gevolgd, enfin, toch niet in de laatste dertig jaar. Nadien volstond een digitale planner, ook al omdat ik van dag tot dag leef, en ik enkel de hoogstnoodzakelijke dingen in die planner opneem. Concerten en andere activiteiten die voor de rest van het gezin planmatige implicaties kunnen hebben. Als ik dan naar zo’n concert ga, heb ik een zo’n klein zwart moleskine notebook mee om schijnbaar willekeurige impressies in neer te schrijven. Achteraf blijken die vaak ook helemaal willekeurig te zijn geweest, of op zijn minst onontcijferbaar –u zou gedacht hebben dat ik arts was i.p.v. een jazzliefhebber als u één zo’n boekje onder ogen kreeg.

Het probleem is dat ik een hoop dergelijke boekjes heb, dat ik niet meteen de meest georganiseerde mens op deze aarde ben, en dat die boekjes (1) verloren raken en (2) niet echt chronologisch volgbaar zijn. Het zou helpen als ik er een datum bijschreef natuurlijk, maar behalve ongeorganiseerd, ben ik ook lui.

En ziet nu wat de kerstman mij bracht: twaalf zo’n notebooks, die eigenlijk agenda’s zijn, met één boekje per maand, en in een verschillende kleur per maand. Eén blad per dag, dus ik ga enkel nog op de festivaldagen, wanneer er meer dan één concert per dag is, een beetje in de problemen komen –dat is althans de theorie. Ik ben wreed content. En als u eens niet weet welke maand we zijn, dan vraagt u mij op zo’n concert gewoon naar de kleur van mijn boekske.

Winterslaap

Sommige mensen worden actiever in de winter. Het is koud, en activiteit warmt op. Vermoedelijk moet ik ergens van een beer afstammen (al is het maar door associatie: Bruno is een berennaam): zodra de temperatuur zakt, ga ik op zoek naar een warme plaats om als in winterslaap de lente af te wachten. Samen met de temperatuur, zakt mijn enthousiasme voor (uithuizige) activiteit.

Marfa, TX, USA 2010

Ik warm mij in gedachten op aan ons avontuur begin dit jaar, de hitte van Zabriskie Point, Death Valley en White Sands. Aaahhh… ik ga het niet al té lang kunnen uithouden voor mijn verlangen me opnieuw daarheen stuurt.

Rampone & Cazzani

Mijn verjaardagscadeau kwam in een grote doos. Helemaal uit Nederland, en eigenlijk helemaal uit Italië. Via ebay, waar een mens al eens deftige slagen kan slaan.

Rampone & Cazzani Sopraan Sax R1 Jazz Rampone & Cazzani Sopraan Sax R1 Jazz

In de grote doos zat een andere doos, in echt vals (?) leder.

Rampone & Cazzani Sopraan Sax R1 Jazz

En in die doos zat een saxofoon; een Rampone & Cazzani sopraan R1 Jazz; zilver vanbuiten, goud vanbinnen (en daar tussenin koper). Het instrument speelt enorm soepel (de toetsen zijn als boter, zeker in vergelijking met de logge bediening van mijn tenor).

Rampone & Cazzani is een weinig bekend merk, dat handgemaakte saxofoons produceert. Agostino Rampone maakte muziekinstrumenten sinds 1818, en men vermoedt dat hij in 1875 met de eerste Italiaanse saxofoons begon. In 1910 trouwde Egidio Rampone met Giuseppina Cazzani, dochter van een klokmaker. Het bedrijf beleefde hoogdagen tot 1957, toen het helaas bijna failliet ging. In 1990 werd Rampone & Cazzani nieuw leven ingeblazen door de nazaten, en het heeft onderhand opnieuw een stevige reputatie opgebouwd. De instrumenten worden volledig met de hand gebouwd.

Oefening baart kunst

Gisteren heb ik negen uur door de sax geblazen: ’s ochtends drie uur, dan een uur les, in de namiddag opnieuw drie uur, dan twee uur orkestrepetitie. We zijn normaal gezien met twee tenorsaxen in het orkest, en twee weken geleden was K. er voor de eerste keer niet bij. Tot dan toe had ik de moeilijker stukken gewoon aan haar overgelaten, deels uit gemakzucht, deels omdat, “hey, ik speel nog maar iets meer dan een jaar sax en ik heb van april tot augustus niet kunnen oefenen.” Met als resultaat dat ik toen gewoon op mijn bek ging, twee weken geleden.

Tot dan had ik al mijn tijd gespendeerd aan het normale lesmateriaal uit Horen, lezen & spelen 1 en A Tune A Day, genre God Save The Queen, Reuben and Rachel, Go Down, Moses, The Marines’ Hymn en Caisson Song. Sinds (eind) september zit ik dus in het orkest, en daar spelen we het James Bond Theme, Jesus Christ Superstar, Danse Macabre, Pastoral Symphony, maar net zo goed Peer Gynt – In the Hall of the Mountain King (ik speel het deel van de fagotten in het begin), als (*sidder*) New World Symphony (klinkt bekend?) en (*aaarrrggghhh*) The Lord of the Dance (let gelijk eens op maat 135, ergens rond 5’15”). En ik mag mijzelf gelukkig prijzen dat ik derde of vierde stem speel.

Gisteren was K. er ook niet (ze had mij vorige week gewaarschuwd), en daags voordien kregen we gewoontegetrouw een mailtje met de lijst van de werken die we gingen spelen. Plus een mededeling dat de stukken zouden opgenomen worden. En al dient die opname enkel opdat de kinderen van de theater-/musicalafdeling hun passen kunnen inoefenen, ik had geen zin om de boel met mijn geklungel op te houden. Oefenen dus.

Kijk, een paar stukskes uit mijn partituren (ik omcirkel alle kruisen, dat is gemakkelijker tijdens het lezen/spelen) –klik desgewenst door voor een grotere versie.

1. The Lord of the Dance, met die maat 135 van hierboven (tweede notenbalk, ergens rond 5’15” in de videoclip). Op tenorsax is dat telkens de eerste noot zonder octaafklep, dan alles met octaafklep en met kruisen. (Als ge met octaafklep ingeduwd dezelfde noot speelt als zonder, dan klinkt die noot een octaaf hoger.) Heel listig is dat laatste stukje op de balk die begint bij 135 (vooral de laatste vijf noten); de laatste acht noten van de negen uit de laatste maat zijn allemaal met octaafklep, behalve de voorlaatste, die is zonder. Dat betekent even alle kleppen lossen voor de do#, en onmiddellijk bijna allemaal weer indrukken –in het tempo zoals in de videoclip. Ter referentie, die twee notenbalken, maat 135 t.e.m. 142 begint in het clipje op 5’15” en is voorbij op 5’22”. 66 noten op 7 seconden, dat is bijna 10 (verschillende) noten per seconde dus. Brrr.

Lord of the Dance

2. Twee stukjes uit de New World Symphony. Een verschrikkelijk mooie compositie, zowel om te horen, als om te spelen (maar wel redelijk tricky). Bij ongeveer 1’50” begint die maat 41 –opgelet, het zijn niet die opzwepende eerste violen, maar die blazers die de min of meer statige afdalende lijzen blazen, en afsluiten rond die twee tromslagen rond 1’57”, en dan zitten we aan de drie maten pauze (die ‘3’ boven de notenbalk). Op 2’37” begint de melodie (het thema), en die begint op het einde van de derde notenbalk, boven de ff (fortissimo), dat rond 2’42” (vierde notenbalk, maat 86, het omcirkelde gedeelte) alweer in zo’n niet-evident ritme met vervelende pauzes vervalt.

New World Symphony

Datzelfde thema (op 2’37”) van hierboven, dat komt terug op het einde van dat deel, maat 240, de vierde notenbalk, alweer boven de ff. In de videoclip begint het op 9’15”. De eerste drie maten van dat stuk zijn hetzelfde als de eerste drie maten in het thema zoals hierboven, maar dan plots verandert dat helemaal, met een ander ritme en (voor mij toch) wreed ambetante versnelling (gans die vijfde notenbalk).

New World Symphony

Orkestrepetitie is fantastisch. Het is onwaarschijnlijk, hoeveel ge bijleert door in zo’n orkest te spelen. Tempowisselingen, luisteren naar de andere muzikanten, en vooral ook kijken naar de dirigent. “Goed naar mij kijken,” zei dirigent I. gisteren dan ook om mij door een vervelende tempowissel in de Danse Macabre te loodsen, “en als ge dán mis zijt met die wissel, dan is het míjn schuld en niet de uwe.”

Mijn sax

Buffet-Crampon Super Dynaction 1973 door Bruno Bollaert

Het daagde mij dat ik nog nooit een foto van mijn saxofoon had gepost. Ik speel sinds een jaar tenor sax, en ergens in mei heb ik een tweedehandse gekocht (in Amerika zijn ze een flink stuk goedkoper; hij werd geleverd in dit pakje). Het is een Buffet-Crampon Super Dynaction uit 1973, met zilver beplaat, mocht dat niet duidelijk zijn op de foto. Naar verluidt komt hij uit het Zwitserse leger; mogelijks is het een NOS en heeft hij lange tijd in het depot doorgebracht; hij ziet eruit als nieuw.

Buffet Crampon is vooral gekend voor hun klarinetten; meneer Buffet begon daarmee in 1825. Sinds 1866 (toen het patent van uitvinder Alphonse Sax verliep) maken ze ook saxofoons; de Super Dynaction is de opvolger van Dynaction (1950-1957) en werd gemaakt tot 1975. Ze worden vaak beschouwd als ‘concurrentie’ voor de meest befaamde sax, de Selmer Mark VI (die tot vijf keer zo duur is). Tina Brooks speelde op een Buffet Crampon, en Jackie McLean, en Albert Ayler. De Buffet saxofoons worden vaak ook voor klassieke muziek gebruikt.

Off

Zo’n dagje offline, dat is gelijk een dagje vakantie nemen. Ik ben de ganse dag weg van de computer geweest, en dat is het enige wat ik u vandaag te vertellen heb. Ik moet dat meer doen, zo’n dagje weg van de computer.

Onverwacht

Vandaag ging ik een dagje rusten. Ik heb aften, kan al twee weken geen sax spelen want de ondingen zitten op mijn onderlip. Tessa heeft vanochtend medrol voorgeschreven, dus ik hoop dat het nu wat vooruit gaat gaan. Dus gingen we een dagje cocoonen, Henri en ik. Een beetje naar tv kijken, en beetje rondlummelen in huis, een beetje recup gelijk.

Hindernis 1, nog thuis.
“Papa, we gingen wel zo’n verdeelstekker gaan halen in de Brico hé.”

Hindernis 2, aan de Brico in Oostakker.
“Gaan we eens in de Mediamarkt ook, Papa? Nu we hier toch zijn.”

Hindernis 3, terug thuis.
“Gaan we naar de Tasty World om te eten, papa? Dan kunt ge daarna nog een koffie drinken in de OR.”

Hindernis 4, aan de Zuid.
“Waar is dat nu, die Vinyl Kitchen, papa.”

Hindernis 5, terug thuis.
“Joehoe, ben ik niet op tijd thuis om naar de Ikea te gaan?”

Collega Martini zou gezegd hebben: “I’m totally knackered.”

Toch nog muziek

Gisteren lag ik geheel plat, asgrauw en misselijk met migraine in bed, vandaag was ik de ganse dag onderweg. Het grootste deel heb ik doorgebracht op redlightBlue (u hebt iets gemist), ’s avonds zakte ik af naar Opatuur in De Centrale voor het Voladores Trio met Joachim Badenhorst.

Nog goed dat het winteruur is en ik vanochtend kon uitslapen. En morgenvroeg opnieuw.

Twee cd’s en een lp

En toen was het plots middag, kreeg ik een cd in mijn handen gestopt, zat ik in een lunchmeeting tot 16u, kreeg ik een lp in mijn handen gestopt, kwam ik thuis, zat er een cd in de bus, ging ik Henri halen en was de dag voorbij (of was hij net begonnen, ik raak daar nooit aan uit).

“Ge ziet er zo opgewekt uit”, zei Katrien, toen ik rond 16u30 even in OR binnensprong voor een snelle koffie. Sommige dagen zijn gewoon zo: ge hebt maar tijd voor een kwart van wat ge van plan waart, en ge schrijft een lullig postje. En toch vindt ge voldoening.