3/3. Maar weet ge ook waar die Waalse Haan staat?
[update om 13:11: 4/4 dus]
[update om21:05: de Waalse Haan in context (klik voor groter)]
Laat het ons verder zo stellen: als ik in een stad moet wonen, laat het dan aub Gent zijn (waar we tenslotte ook een huis gekocht hebben). Maar ik zou toch veel liever (terug) in een alleenstaand huis wonen (‘op den buiten’ ??).
Niettegenstaande ben ik echt zot van Gent. Klein genoeg om alles te voet te kunnen doen, groot genoeg om stadsfaciliteiten te hebben. En slechts minimaal verknoeid: niet Brugs afgelikt, niet Brussels verkrot, niet Antwerps metropolistisch, niet Leuvens leeg in de zomer.
(Jaja, we hebben onze gedrochten –de Zuid, of het Metselaarshuis, of de twee gevels van evenveel hotels (en niet langer de huizen die erachter stonden), om maar iets te noemen)
Maar het blijft grappig, dat Gentse dialect en de Franstalige bourgeoisie, en nog meer de mengeling van beide (“Hier, j’ai mangé des spruitjes”). En de Rue du Paradis die eigenlijk de Donkersteeg heet (of ommegekeerd).
Ah. Gent. There’s no subsitute.
(Laten we het eventjes niet hebben over de verdwijning van Herckenrath, de patisserie in de Mageleinstraat (de naam ontsnapt mij), en binnenkort ook Caron).