Unizo heeft (gedeeltelijk) gelijk wanneer ze de boetes niet pikken die kunnen worden opgelegd aan de winkeliers, die binnen twee jaar hun ‘oude’ voorraad pakjes sigaretten niet hebben vervangen door de nieuwe. Want twee jaar lijkt misschien lang, de verplichting voor de fabrikanten om hun oude verpakkingen door de nieuwe, met afschrikwekkende foto voorziene, pakjes te vervangen, is er pas binnen anderhalf jaar.
Een beetje achtergrond (Nieuwe schokkende foto’s op sigarettenpakjes veroorzaken ernstige problemen bij winkels en Winkeliers boos over rompslomp sigarettenpakjes met foto’s, DM 02/12/2005):
Op alle pakjes sigaretten moeten uiterlijk tegen 31 mei 2007, behalve de bestaande waarschuwende teksten, ook schokkende kleurenfoto’s staan als schrikbeeld voor de gevaren van het roken. Het Koninklijk Besluit van minister van Volksgezondheid Rudy Demotte (PS) verscheen gisteren in het Staatsblad. Hij geeft de fabrikanten een productietijd van anderhalf jaar om de bestaande pakjes met geschreven waarschuwing te vervangen door de schokkende foto’s. De winkeliers krijgen daarop zes maanden de tijd om “oude” pakjes te verkopen. Na die periode riskeren ze forse boetes.
Nu weet ik langs geen kanten hoe het zit met de turn-over van zo’n stockvoorraad bij de winkeliers, maar me dunkt dat de boetes bij de verkeerde personen worden gelegd. De verplichting om de pakjes een nieuw uiterlijk te geven, ligt bij de fabrikanten. Het lijkt mij dan ook meer dan logisch dat de verantwoordelijkheid voor de verkoop van die pakjes evenzeer bij de fabrikanten (en/of hun distributeurs) komt te liggen.
De fabrikanten hebben immers anderhalf jaar om aan de verplichting tegemoet te komen; dat lijkt mij ruimschoots voldoende. Niet alleen zou men de fabrikanten moeten beboeten op elk pakje dan binnen anderhalf jaar nog in oude verpakking de fabriek verlaat, tevens zou men de fabrikanten verantwoordelijk moeten stellen voor de dan nog in omloop zijnde oude stock. Inclusief een verplichting die stock terug te nemen en te voorzien van een nieuwe verpakking, zonder enig verlieslatend effect voor de winkeliers. Willen ze op veilig spelen, dan ruilen ze de oude verpakking natuurlijk reeds ruim op tijd om.
Kortom, Demotte legt de verantwoordelijkheid bij de verkeerde groep.
Je hebt gelijk.
Anderzijds : als je de boetes oplegt aan de fabrikanten, moet je als overheid energie steken in de controle, moet je rechtszaken gaan aanspannen als de fabrikanten de verplichting naast zich neerleggen, met alle risico’s vandien.
Door de boetes op te leggen aan de afnemers van de fabrikanten, laat je de controle uitvoeren door die afnemers, laat je met andere woorden de markt werken.
Demotte zorgt er dus voor dat de fabrikanten over anderhalf jaar de foto’s wel zullen moeten plaatsen, als ze nog iets willen verkopen.
Dat is niet vriendelijk voor de winkeliers, maar wel efficiënt.
Anderzijds : die boetes zullen redelijk theoretisch zijn, zullen in de praktijk niet uitgedeeld worden. Want winkeliers zullen er voor zorgen dat hun stock van pakjes zonder foto’s op zal zijn, ruim voor de deadline. En fabrikanten zullen zorgen dat de foto’s er ruim voor hún deadline op zullen staan, omdat de groothandelaars er wel zullen voor zorgen dat ze niet met een oude stock zullen blijven zitten.
Kortom, enkel in theorie en in de perceptie weinig sympathiek. In politieke termen dus een “moedige beslissing”.
Overschot van gelijk.