Tot nog toe is het al een aangenaam filmfestival geweest. Soms moet je wel een tijdje wachten op de volgende film, maar dat is dan weer handig als je van het ene bioscoopcomplex naar het andere moet sprinten.
Gisteren zat ik een koffie (of twee) te drinken in het skoopcafé (wakker blijven, wakker blijven, wakker blijven); aan het tafeltje naast mij zaten twee mannen (grote) plannen te smeden. Het ging over een low budget film (zijnde 2.000.000 USD), waarvoor de ene wel zeker en met veel gemak 600.000 dollars (sic) in België ging vinden, en daarenboven het scenario ging opleveren. Hij had al goed ideëen, vond hij van zichzelf. Zijn compaan, een grijzende, gedistingeerde heer met latijnse trekken, luisterde beleefd.
Verhaallijn 1: Een Vlaamse rijkeluiszoon (let’s say from a… steel family. Bekaert. Or no no no, even better… a textile baron. We have a lot of those here in Flanders, like in Kortijk.
) komt aan in Cannes, en ontmoet daar een nakomelinge van de Russische Tsaren (you know, from the Rachmaninovs (sic) of the last century
). Hij wil met het meisje trouwen, maar moet daarvoor naar Rusland om de familie te ontmoeten. De grootvader stelt zijn voorwaarden: als je met zijn kleindochter wil trouwen, moet je niet alleen over veel geld beschillen, maar moet je ook eigenhandig een beer doden (because that’s an ancient russian tradition
). De jongeman stemt toe, niet alleen om aan de voorwaarde te voldoen, maar ook om zichzelf te bewijzen tov zijn eigen familie. Hij trekt de wildernis in, en… (hierbij gaf de man zijn gesprekspartner een enthusiaste tik op de onderarm) hij slaagt er nog in ook.
(Waarop de man ongetwijfeld een head honcho van een niet onaardig filmbedrijf, net nog zijn lach inhoudt en aanvult upon which he goes back and fucks the girl
. ROFL)
Niet opgevend stak de man opnieuw van wal met verhaallijn 2: but wait, there’s another story I’ve been thinking about
, en dat gaat over een jongeman (opnieuw) die net heeft te horen gekregen dat hij niet lang meer te leven heeft (een of andere ongeneeslijke ziekte), en die nog iets groots wil doen, iets van betekenis. Want, wist de man te vertellen met een geestdrift alsof hij geschiedenis herschreef, stel u voor dat iemand Hitler had vermoord (plotwending ?), hoe had de wereld er dan niet uitgezien? Je zag het hem zo denken: nu heb ik hem, daar heeft hij nog van gehoord, niemand is hier ooit al opgekomen, ik heb de hoofdvogel afgeschoten, ik ga het maken, mijn bedje is gespreid, het geld gaat binnenrollen.
Toen ben ik (net niet proestend) weggevlucht, want hé het was toch wel geen tijd voor mijn tweede film zeker?