“Papa, mag ik op de computer terwijl gij gaat lopen?”, klinkt het bedeesd. “Om naar Karrewiet te kijken?”
En als ik terug ben gekomen, en we gewassen zijn en ontbeten hebben en hij zijn eerste les(sen) van de dag heeft gekregen: “Papa, mag ik op de playstation?”
Hij kan goed overweg met WipeOut Pure, en onlangs heeft hij Lego Star Wars II uit Target meegebracht. Vanmiddag hadden we met zijn opa en oma afgesproken in Seattle’s Best aan Pike Place Market, en de ganse 7 km daarheen heeft hij me over het spel onderhouden.
“En dan komt daar een platform, en dan moet ik daarop springen en dan moet ook R2-D2 daarop geraken, maar die kan vliegen en Luke Skywalker heeft een laserzwaard maar dan wilt de Emperor één van zijn vrienden doden en dan moet ik die proberen redden en…”
Ongeveer halverwege, op 10 blocks van de plaats van afspraak –zo toonde een bord mij nauwgezet– moeten we de I-5 over. Het gedruis van de voorbijrazende auto’s is oorverdovend, en een normale conversatie is onmogelijk.
“Nu hoor ik je wel niet meer, jongen. Dat weet je toch hé”, roep ik hem in het oor. Hij knikt begrijpend, fronst, en maakt met zijn handen wat gekke draaibewegingen rond zijn hoofd.
“Wat was dat”, vraag ik hem als het gedruis even wat minder is geworden.
“Och, gezien we niet goed kunnen praten, ga ik ondertussen wat denken. Het is een goed moment om mijn gedachten wat te ordenen.”
Hij interpreteert mijn glimlach als een aanmoediging –en deels is dat ook zo. “En heb je goed nagedacht”, wil ik weten als we de I-5 ruim voorbij zijn.
“Jaja,” steekt hij onmiddelijk van wal, “want wat ik nog vergeten vertellen was: als Luke Skywalker dan op dat platform…”
Verbazingwekkend hoe snel die 7 kilometer voorbij gaan.