Inquisitie van een gedachtesprong

Oei. Toen ik gisteren mijn apologie voor de herwaardering van de actieve werkzoekende medemens schreef, heb ik onbedoeld tegen een paar schenen geschopt. Er lijkt iets mis te zijn gelopen in de transmissie (van de boodschap van zender naar ontvanger). Mijn lange schrijven schept verwarring, of op zijn minst toch het zinnetje

Ik zou de vrijwilligers van Het Project als voorbeeld kunnen nemen.

Op zich een mooie zin; zelf ben ik nogal te vinden voor de impliciete negatie die in de syntaxis zit ingebouwd. Maar de context waarin hij werd gebruikt, stelt klaarblijkelijk problemen voor de interpretatie.

Het is vanzelfsprekend niet zo dat Gentblogt, gemelijk bekend als Het Project, zou bevolkt worden door werkzoekenden. Of werklozen. Laat het duidelijk geweten zijn, voor Gent én omstreken: Gentblogt wenst zich (bij monde van het bestuur en haar geweten) te distantiëren van elke mogelijke insinuatie daaromtrent i. Zoals het eloquent werd aangereikt (ik parafraseer): “bij Gentblogt krijgt niemand een uitkering en speelt niemand van journalistje.” Of het zou op geheel aleatorische wijze moeten gebeuren.

In mijn ijver een voorbeeld aan te brengen heb ik een paar gedachtesprongen gemaakt, die net iets te groot zijn gebleken. Het ware misschien minder verwarrend geweest indien ik had geschreven:

Ik zou het vrijwilligerswerk bij Het Project als voorbeeld kunnen nemen.

Helaas, ook dat kan nog steeds als ambigu worden opgevat. In bovenstaande zin kan, in de gedachtegang van de Gentblogt inquisitie (Nobody expects the — !), het –overigens geheel onbezoldigde– vrijwilligerswerk theoretisch nog steeds worden verwezenlijkt door werkzoekenden.

Wat is er misgelopen? Laat ons even de ganse paragraaf erbij halen:

Stel u tevens voor wat zoiets kan betekenen voor het verenigingsleven. Werkloos zijn is hard werken, is het artikel waarnaar ik in de eerste paragraaf verwees. De auteur is Paul Blondeel, sociaal pedagoog (nee, niet die dus) en het verscheen ergens in april in De Morgen (het opiniestuk kan u ook lezen via 6minutes business). Blondeel stevende daarmee niet af op een verheerlijking van zwartwerk, maar stelt: burgers die formeel werkloos zijn, zijn vaak ontzettend ondernemend en leveren waardevol ‘werk’ dat nooit zal stollen tot commercieel betaalbare arbeid. (Ik zou de vrijwilligers van Het Project als voorbeeld kunnen nemen.)

De sprong die ik maakte was de volgende:

Stel u tevens voor wat zoiets kan betekenen voor het verenigingsleven. [Daarin zijn gedreven mensen actief en die] leveren waardevol ‘werk’ dat nooit zal stollen tot commercieel betaalbare arbeid. (Ik zou de vrijwilligers van Het Project als voorbeeld kunnen nemen.)

Geïmpliceerd: er werken veel gedreven vrijwilligers bij Gentblogt, en die leveren –binnen de context van Gentblogt– waardevol ‘werk’ dat –binnen diezelfde context van Gentblogt– nooit zal stollen tot commercieel betaalbare arbeid.

Verder geïmpliceerd: stel u voor dat er zo’n paar gedreven maar thans verplicht passief gehouden werkzoekenden zouden kunnen meewerken aan een project zoals Gentblogt, dan zou dat meteen perspectieven kunnen ii bieden voor de vereniging.

Jawel, hij is wat groot voor sommigen, die sprong. Nog goed dat Michel, Steven en Ilse zich meteen op de kern van de zaak richtten in hun commentaar bij mijn apologie. Stel u voor: u had misschien kunnen veronderstellen dat er werkzoekenden ‘werken’ bij Gentblogt. Nee maar, serieus: stel u voor!

  1. Laat het meteen ook geweten zijn dat de reacties van die mensen helemaal niet representatief zijn voor de geest binnen Gentblogt. Laat mij ook stellen dat het cynisme in deze tekst geheel misplaatst is t.o.v. van de vele vrijwilligers die steeds opnieuw waardevol werk leveren, naast of bovenop hun dagtaak. Ik ben er evenwel van overtuigd dat zij wél in staat zijn deze tekst –en het voorbeeld in de vorige tekst– juist te kaderen.
  2. ‘Kunnen’, niet ‘moeten’, benadruk ik meteen –voor de inquisiteurs opnieuw bloed ruiken. Stel u voor dat zij alsnog worden verplicht samen te werken met werkzoekenden. De schande!

9 gedachtes over “Inquisitie van een gedachtesprong”

  1. (en daar doe ik het weer: een smiley als ik eigenlijk helemaal niet glimlach — ’t is niet elke dag dat ik met veel dure woorden als “inquisitie” omschreven wordà

  2. Zonder smiley was veel beter geweest, veel minder duidelijk manipulatief ook –ge beseft immers maar al te goed dat deze tekst geen verontschuldiging is, maar een speelse vingerwijzing. Welk een jammere reacties alweer.

  3. Manipulatief?

    Al die grote woorden en die voetnoten en dat drukgedoe, zo vermoeiend allemaal. “Ik had het zo niet bedoeld” was al lang genoeg, dat is al wat ik wou zeggen.

    En ik wou ook zeggen dat ik het niet apprecieer om via het internet als “die mensen” omschreven te worden die “helemaal niet representatief zijn voor de geest binnen Gentblogt”.

    Ik weet eigenlijk niet goed in welke realiteit gij leeft, maar dat is voor de rest mijn probleem absoluut niet, en ik laat er u met veel plezier in zitten.

    Terwijl ik nog wat betalend werk doe, over mijn middagpauze heen. Om de sociale zekerheidskas en zo te spijzen, weetwel.

  4. Ik heb zo de ındruk dat “dıe mensen” drıngend aan vakantıe toe zıjn, al dıe zurıge overspannenheıd ın de reactıes, mıljaar!
    27 graden hıer en lıcht bewolkt. Groetjes, H.

  5. Oh maar ge moet u niet inhouden hoor Michel: zeg het gerust, dat ge het niet zo bedoeld hadt en dat uw interpretatie verkeerd was.

  6. Zucht. Ofwel ben ik nog te weinig geëngageerd als vrijwilliger bij Gentblogt, ofwel ben ik gewend van om te gaan met een baas die standaard altijd gedachtensprongen maakt (en ik dus maar moet zien dat ik altijd kan volgen), ofwel ken ik Bruno net iets te goed (alhoewel ik daar niet altijd zeker van ben ;-)) maar ik zag niet meteen graten in de verwijzing. Misschien wel eerder de de commotie die het allemaal voortbrengt. Eigenlijk zat ik zelfs te twijfelen of ik deze commentaar wel zou schrijven omdat die misschien op zich ook weer gemoederen zou kunnen verhitten. Nog maar een zucht (alvorens ik mij nog eens probeer te smijten op ander ‘vrijwilligerswerk’ dat heel wat geschrijf van mijnentwege vraagt). Aan elk van u allen: laat er uw slaap niet voor en als ik enige connototie of interpretatie van iemand niet of verkeerd zou begrepen hebben, dan wil ik mij bij deze al verontschuldigen.

  7. Ik heb écht geen zin in kinderachtige ruzies in weblogcommentaren, ik heb wel beter te doen. Zoals Eva gisteren zei: alle succes gewenst bij het zoeken naar nieuw werk, en voor de rest: vrijheid blijheid, en iederen vriendjes met mekaar.

  8. Och Michel, ik wou dat ik u kon geloven. Ge zijt echter iets té bedreven in Schopenhauers Kunstgriffe (manipulatie, jawel).

    Overigens, wie beweert dat ik werkzoekend/werkloos ben? Gij waart toch niet van mening dat die apologie over mij ging?

Reacties zijn gesloten.