Informatieavond

Vanavond was het informatieavond voor het eerste jaar middelbaar, en hoewel ik er de mens niet naar ben om warme gevoelens te koesteren over concepten zoals onderwijsinstellingen en de bijhorende filosofieën, werd ik geheel bevestigd in de keuze van de school voor de zoon. (We vergeten even het CLB dat er niet in slaagt de horror van het PMS te doen vergeten.) De waarden die werden vooropgesteld en de omkadering daarvan konden bij mij rekenen op de willing suspension of disbelief die ik normaal reserveer voor een degelijk stuk fictie. Henri is enorm tevreden met de keuze, lijkt heel erg gelukkig op de school én is bijzonder gemotiveerd in zijn studiën. En voorlopig volstaat dat ruimschoots.

Een echte Belg

Henri door Bruno Bollaert

Sinds vandaag heeft hij zijn identiteitskaart, en is hij dus een echte Belg (nee hij had geen kidsID, wel een pasport). Enfin, bijna, want het is pas geldig vanaf zijn 12e verjaardag, volgende maand.

(Euh ja, ik heb hem wat geblurd, die foto. Officiële dinges zomaar op het internet gooien, vermijd ik liever.)

Truken van de foor

Dat zit amper in het middelbaar, en gaat voor de eerste keer heletegans alleen van en naar school, en dat meent zijn vader al te moeten verschalken.

Henri koopt koeken door Bruno Bollaert

Ding, zegt de telefoon: “Ik ga te voet want de trams zitten te vol, ok?”

Huh tsja, een beetje beweging kan geen kwaad. “Voorzichtig hé.”

Tien seconden opnieuw een ding: “moet ik een koek meepakken?”

Henri koopt koeken door Bruno Bollaert

En een kwartier later staat hij hier met een doos met daarin drie taartjes van Damme. “Ik trakteer!”, glimlacht hij schaapachtig, terwijl hij al op zoek gaat naar een mes (hij twee, ik twee halve).

1A1

Henri door Bruno Bollaert

Een middelbare scholier, dat ziet er zo uit. Hij zit in het eerste jaar Latijn (Klassieke Studiën heet dat tegenwoordig), samen met zijn vriend S. En ook J., een meisje uit het V.E.M.-orkest, zit bij hem in de klas. En hij heeft een locker. En vakken zoals PO en LO en NW en AA en TC en GO en… en… en…

De Confrérie

Henri door Bruno Bollaert

Vanaf september gaat hij schermen, de zoon. Vanochtend waren we –samen met nog een aantal geïnteresseerden– te gast bij de Gentse Koninklijke en Ridderlijke Sint-Michielsgilde. Officieel werd de gilde gesticht in 1613, wat niet alleen betekent dat ze binnen twee jaar vierhonderd jaar oud is, maar tevens dat ze de oudste schermclub ter wereld is. De eerste maand wordt er proefgedraaid, om te zien of er langs beide kanten engagement is, maar Henri is enorm enthousiast –zelfs nu hij weet dat er in het eerste jaar weinig of geen degens of floretten zullen aan te pas komen. (Al mochten ze het wel eens proberen, vanochtend –Henri staat rechts op de foto.)

Die jongen doet nu al twee dingen die ik had willen doen toen ik zijn leeftijd had, en allebei geheel op eigen initiatief. Zou daar dan toch iets genetisch overgedragen zijn?

Herfstvakantie

Ja ik weet, take a number. Iedereen klaagt over het weer, ge moet er u bij neerleggen en er het beste van maken. Dus gingen de zoon en ikzelf over tot herfstactiviteiten. Ttz ik ben eerst wat gaan lopen in de regen, dan hebben we wat gelezen, zijn we in het centrum getrokken om te lunchen (Tasty World), hebben we een videospelletje gespeeld (iets van Lego Star Wars), naar James Bond gekeken (Goldeneye), en eten gemaakt.

Woensdagochtend gaat hij evenwel de zon opzoeken (samen met mijn moeder). Ze gaan naar Portugal, alstublieftdankuwel, waarschijnlijk een van de meest zonnige plaatsen in Europa. Ik zal al tevreden zijn als het niet regent op Jazz Middelheim.

De beste stuurlui

Henri door Bruno Bollaert

“Papa, ik heb een idee”, kwam hij terug van de bloemenmarkt. In zijn handen had hij een flyer van de Minerva Boat Company, de bootjes die aan de Coupure geduldig liggen te wachten op stuurlui. Sta zelf aan het roer op de Leie, blokletterde het blad. “Ik trakteer”, riep hij nog uit, alsof er meer nodig was dan dat gezichtje vol verlangen, om mij te overhalen.

Buiten Gent was het volop zon, en wou hij zelfs eens proberen te varen –eventjes maar– en voor ik het wist had hij het goed onder de knie. “Ge moogt niet te bruusk draaien, maar zachtjes meesturen, en het gaat vanzelf”, verklaarde hij breed lachend.

Ik denk dat hij het leuk vond.