FF2008: dag 11 (16/10)

Een goede documentaire is minstens zo goed als een fictiefilm. Man on Wire, van James Marsh, vertelt het verhaal van Philippe Petit, die op 7 augustus 1974 op een touw tussen de twee torens van het WTC in New York wandelde. Deze documentaire is beter opgebouwd dan de gemiddelde fictiefilm en bevat genoeg spanning om u voor de rest van uw leven vertigo te bezorgen. Hier wordt geen goedkope trukendoos opengetrokken, maar er wordt gebruik gemaakt van de kracht van een vertelling, gekoppeld aan een spanningsopbouw die een thriller nate dromen kan bezorgen. Voeg daar een paar schitterende fotografische stills aan toe, wat muziek van Michael Nyman, en dit is één van de betere films van het festival.

Jonathan Demme maakt een vijftv-film met Rachel getting married. Serieuzer (en daardoor pretentieuzer) dan 28 Days, maar geef ons toch maar liever Girl, Interrupted. Als we dan toch moeten kijken.

FF2008: dag 10 (15/10)

Slechts ééntje, gisteren: Die Welle van Dennis Gansel, uit het Xplore parcours –en daar zit het ook op zijn plaats. Een eerder stichtende film, die alle gekende valkuilen en een paar clichés betreffende autocratie en dergelijke aanhaalt. Geen betuttelende film, en ik denk voor de doelgroep zeer te smaken. Zelf ben ik niet zo voor dat met-de-oorlog-worstelende en politiek theoretiseren, maar ik zou er niet rouwig om zijn, mocht dit soort film als schoolvoorstelling worden getoond.

FF2008: dag 9 (14/10)

“Phillip Roth is een smeerlap. Pas op, hij is een groot schrijver, maar hij is een smeerlap”, zegt de filmstudent met de wijsheid van een prille twintiger. “Hij trouwt met een of andere actrice, maar wil een voorhuwelijks contract dat zegt dat hij mag opstappen wanneer hij wil. Vervolgens eist hij dat haar dochter van achttien of zo het huis wordt uitgezet, en een beetje later verlaat hij haar gewoon en hij faxt haar een lijst van alle dingen die hij terug wil. Ik zeg het u, hij is een smeerlap.” En na een korte pauze voegt hij er (nogmaals) aan toe: “…maar wel een groot schrijver.”

Volgens Wikipedia gaat The Dying Animal –het boek van Roth waarop Elegy (Isabel Coixet) is gebaseerd– over een gevoelloze professor David Kepesh. Dat gevoelloze vind ik niet meteen in de film terug, maar ik heb dan ook het ‘voordeel’ dat ik het boek niet heb gelezen. Ben Kingsley zet een heel overtuigende Kepesh neer, die –hoewel hij dat niet wil toegeven– worstelt met ouder worden. Hij staat op zijn leven van zelfstandigheid, maar gaandeweg zal hem (en ons) duidelijk worden dat ook zelfstandige mensen niet vrij zijn van relationele banden. Nog beter dan Kingsley is Dennis Hopper, in zijn rol van George O’Hearn, dichter en boezemvriend van Kepesh, die een –voor hem– uitzonderlijk genietbare rol neerpoot.

Synecdoche, New York is alweer een regiedebuut van een scenarist. Na Guillermo Arriaga ging ook Charlie Kaufman in de regisseursstoel zitten, en het resultaat mag er –grotendeels dan toch– zijn. Synecdoche, New York is geen onvoorwaardelijk goede film. Ik had behoorlijk wat last om in de film te geraken, meer zelfs, het eerste deel van de film kon mij eigenlijk geheel niet boeien. Interessant wordt het pas als de synecdoche (een stijlfiguur waar onder andere het pars pro toto deel van uitmaakt) duidelijk wordt. Het hoofdpersonage, theaterregisseur Caden Cotard, bouwt een deel van New York na in een (gigantische) studio, om zijn eigen leven te regisseren. De film verglijdt daarbij min of meer in een allusie op Plato’s grot, maar benadrukt ook: Life is what happens to you while you’re busy making other plans. Interessant gegeven, het gaat zeker wat ‘blijven hangen’, maar ik ben niet helemaal gelukkig met de uitwerking. Het is ‘anders’ dan wat u van film gewend bent, maar of dat volstaat, daar zal u zelf over moeten oordelen.

FF2008: dag 8 (13/10)

Linha de passe (Walter Salles & Daniela Thomas) was gewoon niet mijn ding. Het gaat slecht in Brazilië, heel slecht, maar ik slaagde er niet in enige connectie met de personages uit de schrijnende verhalen van de film te leggen.

Paolo Sorrentino is de regisseur die ons in 2004 het fantastische Le conseguenze dell’amore heeft geschonken, met in de hoofdrol acteur Toni Servillo. Datzelfde duo verwent ons deze keer met Il Divo, een portret van de Italiaanse Eerste Minister Giulio Andreotti, in de periode na zijn zevende verkiezing in het parlement tot de rechtszaak die tegen hem werd aangespand voor vermeende banden met de mafia. Filmisch, zowel visueel als wat betreft acteersprestaties, alsook in de schitterend gekozen soundtrack, is deze film een pareltje. Ik ben niet genoeg vertouwd met de persoon van Andreotti of met de Italiaanse politiek om mij over de inhoud te kunnen uitspreken, maar boeiend blijft deze –eigenlijk saaie– materie in elk geval gedurende de ganse duur van de film. Misschien niet voor iedereen, maar dit is zonder meer een fantastische film!

Vinyan van Fabrice Du Welz is een geschikte opvolger voor Calvaire. Het ademt gewoon dezelfde sfeer in, en ik zou eigenlijk Du Welz graag eens het recente boek van Grangé (La ligne noire) weten verfilmen. Bij Het Project had ik deze film aangekondigd met een citaat uit Heart of Darkness / Apocalypse Now (The horror! The horror!), en die sfeer zit er dik in. De film heeft ronduit briljante openingssequentie. Als een archetype van ingehoudenheid (als zo’n woord bestaat), metafoor, en doeltreffendheid, toont Du Welz bubbels in water die verkleuren naar rood. Dat, samen met de bruitage evoceert zonder de minste twijfel de verschrikkelijke Tsunami van 2005, aanleiding voor het verhaal van deze film, die ontaardt in een schrikwekkend sprookje.

The Burning Plain is het debuut van Guillermo Arriaga. Tenminste zijn regisseursdebuut, want Arriaga –die gisteren aanwezig was bij de vertoning– kan u kennen als scenarist van Babel, 21 Grams en Amores Perros, die telkens werden verfilmd door Alejandro González Iñárritu. Wie fan is van voornoemde films, zal zeker aan zijn trekken komen, maar de verhaalopbouw begint stilletjesaan een beetje een gimmick te worden. Ik houd mijn oordeel nog even in beraad.

FF2008: dag 6-7 (11-12/10)

Twee dagen, evenveel films. De weekends dienen voor het gezin, dus beperkte ik mij tot één film daags, waarvan ik er voor één zelfs een gezinslid meenam.

Zaterdag ging ik naar Terribly Happy (Frygtelig lykkelig). De meneer had de bedoeling een soort westernsfeer op te roepen, had ik ergens zien voorbij flitsen, en dat is eigenlijk aardig gelukt. Het hoofdpersonage in de film, Robert Hansen, zet zich af tegen de gewoontes van de afgelegen maatschappij waarin hij belandt. Al gauw moet hij echter inbinden en lijkt hij zich aan de lokale bevolking aan te passen. Maar als hij kennis maakt met de mysterieuze Ingelise dreigt het labiele evenwicht te escaleren. Terribly Happy is de derde langspeelfilm van de Deense regisseur Henrik Ruben Genz, en speelt zich af in tijdloze setting in Jutland. De film is bevreemdend, roept soms wat David Lynch op, en bevat een sterk scenario. Zien!

Zondag ging ik met Henri naar Sounds Like Teen Spirit: A Popumentary (Jamie Jay Johnson). Veel te weinig volk zat daar, hoewel er een pak bekend volk naar zaal 3 van Kinepolis was afgezakt. Wij zaten o.a. naast Oliver en Trust, en waren uitermate gecharmeerd door de enthousiaste respons van de zaal op het einde van de film/documentaire. Opvallend hoe het voor die jongeren draait om het plezier en niet het ongezond soort competitie dat eigen is aan volwassenen. U hebt iets gemist.

FF2008: dag 5 (10/10)

De trein der traagheid, zo kon het dagje filmfestival gisteren wel omschreven worden. Bij het begin van de laatste film, O’Horten (Bent Hamer), was ik er even van overtuigd dat ik afstevende op een loungy film vol sfeerbeelden van Noorse sneeuwlandschappen en treinen –een schitterende begingeneriek– maar de film bleek ook andere dan treinbeelden te bevatten. Meer zelfs, veel treinen kwamen er niet echt meer in voor, na die generiek. O’Horten is een trage, absurde vertelling, die niets te bewijzen of leren heeft, maar waar u desgewenst veel uit kan halen (dat hoeft niet, dat hoeft niet, serieus). Bovendien krijgt het bonuspunten voor het einde, dat eerst leek te verzeilen in een cliché, maar daarna schitterend wordt opengetrokken. Geen film om als laatavondvertoning te bekijken, daarvoor is hij te traag, maar ik zou hem u zeker niet ontraden.

Ook in La ragazza del lago (Andrea Molaioli) ligt het tempo niet meteen hoog. Het is geen favoriete film geworden, daarvoor is het verhaal wat te dunnetjes, maar er zitten mooie momenten in. Geen blijver, maar een degelijke middelmaat voor wie van die weinig spanning bevattende thrillers houdt. Komt ooit nog wel op Canvas terecht.

Absoluut waardeloos, en dat is de eerste film op dit filmfestival die deze omschrijving verdient, is Mollycam (Aage Rais-Nordentoft). Deze film is een samenraapsel van de grootste YouTube zever en homemade pronofilmpjes die her en der op internet verspreid staan. U vindt overigens fragmenten terug op YouTube: mollycam90 (ik heb ze niet herbekeken). Op zijn best is het slechte porno, maar mijn gezelschap vond dat ik zelfs daarmee te vriendelijk was voor dit onding. Manipulatief tienertje leidt tienerbloot-geïnteresseerde politieman om de tuin, geeuw ik u even toe. Zelden zo’n brol gezien.

14 films dusver.

strips 200809

Eén hele goede, en nog wat die de moeite waren. De hoofdvogel: Le goût du chlore. Is er iets waar Bastien Vivès zich mee moeit dat niet goed is? Wie is Bastien Vivès eigenlijk? Had ik tijd, ik zocht het op, maar het zal voor één van zijn volgende publicaties zijn. Le goût du chlore is een stil pareltje, zonder echte boodschap, maar gewoon een genot om aan uw ogen te zien voorbij glijden.

L’autoroute du soleil leest als een Franse actiefilm, weinig inhoud, een pak clichés, veel geweld, en redelijk rauw. Pulp, maar zeer verteerbaar. En het was al heel lang geleden dat ik nog eens een Storm gelezen had. Ook deze (dubbele) aflevering ontgoochelde niet. Ach, jeugdsentiment.

De rest was ok, maar te weinig verrassend om verder over uit te wijden. Al zit er schot in Seuls; in deze episode werden er een aantal nieuwe elementen geïntroduceerd. Ik kreeg er een beetje een deus-ex-machina gevoel bij, maar het beweegt. En dat is bijna altijd goed.

  1. Kenya, Tome 5 : Illusions / Léo, Rodolphe / 2008 / **
  2. Seuls, Tome 3 : Le clan du requin / Bruno Gazzotti, Fabien Vehlmann / 2008 / **
  3. Le goût du chlore / Bastien Vivès / 2008 / ***
  4. Uchronie(s), tome 1: New York / Ric Corbeyran, Djillali Defali / 2008 / *(*)
  5. Storm, tome 17/18: Les Chroniques de Pandarve / Don Lawrence, Martin Lodewijk / 2008 / ***
  6. Couleur de peau: miel, tome 2 / Jung / 2008 / **
  7. L’autoroute du soleil: Intégrale (Album) / Baru / 2008 / **

0 te vermijden / * slecht, maar leesbaar / ** goed / *** zeer goed / **** fantastisch (meer uitleg bij de quotering)

(strips vorige maand)

cds 200809

Weinig nieuwe cds, maar gelukkig wel allemaal goede. En zelfs beter. En nog betere.

4 Faces in a Box is niet te missen voor wie fan is (was?) van Troissoeur. Lounge, beats, voice, easy, smooth, het zit er allemaal in, inclusief remixes door Daniel B. Als u weet wie dat is, dan is deze cd voor u.

Ook goed is Cinema Novo, al is dit trio nog veel beter live. Ik ben een fan, en veel meer hoef ik daar niet aan toe te voegen. Of misschien nog ter referentie: Tuur Florizoone is de man van de soundtrack voor Aanrijding in Moscou.

Tien, vijftien jaar geleden, was ik danig onder de indruk geweest van Jóhann Jóhannssons Fordlandia. Hij zet een fraai staaltje minimalisme neer, en het is aangenaam eens iets anders dan de gedoodverfde Wim Mertens of Michael Nyman of Bang on a Can te horen. Ik leg deze plaat graag op (hij ligt nu op), erm al werd hij nog niet echt uitgebracht, zie ik net op het persbericht. Euh, nog even wachten dus, en dan naar de winkel hollen!

De hoofdprijs is voor het Carlo Nardozza Quintet, met hun tweede album, Winterslag. Lees vooral mijn bespreking.

  1. Cinema Novo / Massot – Florizoone – Horbaczewski / 2008 / **(*)
  2. 4 Faces in a Box / The Tribe Band / 2008 / **
  3. Fordlandia / Jóhann Jóhannsson / 2008 / ***
  4. Winterslag / Carlo Nardozza Quintet / 2008 / ***(*)

0 te vermijden / * slecht, maar beluisterbaar / ** goed / *** zeer goed / **** fantastisch (meer uitleg bij de quotering)

(cds vorige maand)

Winterslag – the Dozzy Suite

Als ge zo’n cds kunt beluisteren, dan weet een mens meteen weer wat hem zo aantrekt aan jazz. Wij volgen Carlo Nardozza sinds we hem als een langharige rijzige gestalte –een beetje dreigend misschien, maar dat vooroordeel verdwijnt alras– op zijn trompet hoorden blazen tijdens het Jong Jazztalent concours in 2005. De meeste groepen die aan de wedstrijd deelnemen, zijn nog stevig op zoek naar de juiste richting, maar Carlo Nardozza –en met hem zijn kwintet– stond daar heel doelbewust op het podium. Nardozza was toen reeds bezig met zijn Dozzy Suite, een verhaallijn waarin hij zijn jeugd en de culturele invloeden daarop een plaats tracht te geven.

De eerste cd van het CNQ –het Carlo Nardozza Quintet– was al meteen een voltreffer. Making Choices was niet alleen een toonbeeld van verscheidenheid, het leek ook alleen maar voltreffers te bevatten. Het ene na het andere nummer bevatte genoeg vanzelfsprekendheid om bekend in de oren te klinken, en vele van de melodietjes bleven geruime tijd ‘hangen’. Zelfs een nummer zoals Rubber Duck, waarop gitarist Melle Weijters redelijk het beest kan uithangen, bleef toegankelijk. Wie enkel de cd heeft gehoord, en het CNQ verder niet meer aan het werk heeft gezien, moet er behoorlijk van overtuigd geweest zijn dat ze met een –weliswaar heerlijke– eendagsvlieg te maken hadden. Een gevoel dat werd gevoed door een opvolger die behoorlijk lang op zich liet wachten.

Met Winterslag kan het CNQ meteen dergelijke vermoedens de kop indrukken. De muziek is zo mogelijk nog meer verscheiden dan op hun debuutplaat, gaande van een bijna klassiek stuk canon tot hitsige funk en met veel etnisch aandoende muziek. Die verscheidenheid staat echter een samenhang niet in de weg, daarbij geholpen door het verhaal dat Nardozza met zijn suite wil vertellen. De interculturaliteit en culturele integratie is groot in Winterslag, laat Nardozza optekenen. Al woonde hij er niet, hij bracht er een groot deel van zijn jeugd door –hij speelde er onder meer in de plaatselijke harmonie. Van al die invloeden vinden op Winterslag heel wat terug. De kracht van jazz, horen we ook van Nardozza, is dat het eindeloos blijft evolueren. Goede improvisatie vergt heel wat energie, maar het resultaat mag er dan ook zijn.

Drie bemerkingen bij deze cd. Ten eerste: als u maar één jazz cd koop dit jaar, laat het dan dat gerust deze zijn. Het CNQ is géén eendagsvlieg, maar toont met deze tweede cd dat niet alleen de jazz, maar ook deze groep evolueert. Ten tweede: als u de kans krijgt, ga deze groep ook live beluisteren. Ook de Dozzy Suite zelf blijft evolueren, en waar de cd misschien soms iets te afgewerkt kan klinken, komt veel van de spontaneïteit terug bij zo’n live-uitvoering. Ten derde: ik zal toch niet de enige zijn die het big band potentieel van deze Dozzy Suite heeft opgemerkt? En hebben we in België niet zo’n hoog kwalitatieve band?

Carlo Nardozza Quintet, Winterslag, o.a. te koop via Digiland Records, voor te beluisteren via hun MySpace. Aankoop sterk aangeraden.

films 200809

Soms sta ik echt wel weer versteld, niet alleen van de brol die op ons wordt losgelaten via zowel dvd als cinema als televisie, maar tevens van de idiotie waarmee ik die brol blijf uitzitten tot de eindtitels op het scherm verschijnen. Al moet ik er eerlijkheidshalve aan toevoegen dat ik bij al té schabouwelijke slechtheid, er tegelijkertijd ook wel eens een tijdschrift en/of de computer bij neem.

Sommige van die dingen zijn gewoon vreselijk, zoals de Ring of the Nibelungs, Wagner for dummies is te schoon een omschrijving; Snakes on a plane, dat gewoon clichés lijkt te verzamelen; en zelfs The Transporter, waar nog wel iets in zat, maar ik moest er toch naarstig naar op zoek om het te vinden.

Bij Nôkô furin: torareta onna (Bitter Sweet) weet een mens tenminste waar hij aan begint: het is cult, dus daar kijkt ge naar met een zekere ingesteldheid. Niettemin zat er een interessant verhaal achter over relaties en trouw en gevolgen, maar gôh ik zou zeker niet durven suggereren om u die film aan te schaffen.

Gelukkig waren daar nog The Jacket en Cashback. The Jacket, want dit was een onderhoudende en ietwat verrassende film zelfs, zonder al té veel overacting of typecasting. Maar het was vooral Cashback dat het niveau van dit lijstje omhoog kon halen. De film riep regelmatig herinneringen aan The Rachel Papers op (die zou ik graag nog eens terugzien) al vreesde ik –gezien de insomnia van het hoofdpersonage– ook voor een al te grote parallel met The Machinist. Het thema is ontegensprekelijk coming of age, en zowel het scenario als het acteerschap kunnen als geslaagd worden omschreven.

Volgende maand (deze maand dus) is het filmfestival, ik vestig al mijn hoop op een geslaagde oogst. Hou Het Project maar in de gaten!

  1. Ring of the Nibelungs / Uli Edel / 2004 / 2BE / *
  2. The Jacket / John Maybury / 2005 / 2BE / ***
  3. X2 / Bryan Singer / 2003 / 2BE / **(*)
  4. Storm / Måns Mårlind & Björn Stein / 2005 / DVD / **
  5. United 93 / Paul Greengrass / 2006 / VTM / **
  6. Snakes on a plane / David R. Ellis & Lex Halaby / 2006 / 2BE / *
  7. Oxygen / Richard Shepard / 1999 / 2BE / *
  8. Nôkô furin: torareta onna (Bitter Sweet) / Mitsuru Meike / 2004 / DVD / **
  9. Cashback / Sean Ellis / 2006 / DVD / ***
  10. The Transporter / Corey Yuen / 2002 / 2BE / *

0 te vermijden / * slecht, maar bekijkbaar / ** goed / *** zeer goed / **** fantastisch (meer uitleg bij de quotering)

(films vorige maand)