Peter Hum van Ottawa Citizen is met vakantie, en aan zijn afscheidspost te oordelen (A jazz CD reviewer’s work is never done) ben ik blijkbaar niet de enige met wat achterstand. En tijdens de vakantie is het zo mogelijk nog veel moeilijker om tot luisteren toe te komen.
Stef Gijssels van Free Jazz, beschreef recent zijn luisterproces, en dat blijkt niet eens zo erg verschillend van het mijne te zijn. Luisteren en blijven luisteren, ook (vooral!) passief: onderga de muziek. Als de muziek goed is, zal ze uw aandacht opeisen; als ze slecht is ook. Als de muziek noch goed, noch slecht is (het overgrote deel), zal ze voor uw oren onopgemerkt blijven.
Ga het aldaar eens lezen: How to listen to music…. Al ben ik het niet volledig met hem eens, ik kan er mij grotendeels wel in vinden.
Pak nu 20 cd’s op één maand. Elk schijf verdient minstens 5 al-dan-niet actieve luistersessies. Dat komt neer op 100 uur luisteren oftewel 3 uur per dag. En ik dacht dat er hier wel meer dan 20 per maand passeren?
Ikzelf hou het tegenwoordig bij een tweetal nieuwe cd’s per maand. Toch luister ik ook zo’n 2 uur elke dag. Hoe ouder ik word, hoe meer ik oude schijven herkauw/herinterpreter — of gewoon verwijder. Mijn collectie krimpt!
Mag ik dit verschil interpreteren in het kader van ‘verbreding t.o.v. verdieping’? Of is auditieve hyperconsumptie inherent aan het plezier dat je beleeft aan jazz: beweging, variatie, improvisatie, virtuositeit versus contemplatie, ambachtelijkheid en de sacraliteit van de compositie?
Nah. De hyperconsumptie is inherent aan de …euh professionele bezigheden. Het grootste gedeelte is middenmaat, en na een paar keer beluisteren, mag dat in het archief. Het betere werk komt als vanzelf bovendrijven, en krijgt de nodige aandacht. Er zijn platen die hier al vier maand op heavy rotation liggen. Mogelijks een van de redenen waarom ik (te) weinig over de cd’s bericht (en in de knoop zit met mijn quoteringgedoe).
(Er zit een beetje verbreding in, maar meer dan dat is het een zoektocht naar nieuws.)