De mensen van Adhese/Enchanté hadden mij gevraagd of ik niet eens wat wou doen rond de Museumprijs. In Houston hebben we heel wat musea bezocht, en ik was eigenlijk van plan om dat in Seattle ook opnieuw een beetje te doen. Het is hier gelijk wat drukker dan voorzien, met de lessen van Henri en dergelijke, zodat het er voorlopig nog niet van gekomen is.
Maar die Museumprijs ligt niet stil natuurlijk. De Amerikanen hier zouden alvast heel geïnteresseerd zijn in het Ieperse In Flanders Fields Museum –wat zeg ik, ‘zouden’? Toen één van die Amerikanen ergens eerder dit jaar bij ons langs kwam, stond er maar één uitstap op zijn lijstje: net dat museum. Hij was er achteraf overigens heel over te spreken.
Zelf ben ik nogal benieuwd naar het Museum Dhondt-Dhaenens in Deurle waar –ahem– ‘men’ mij reeds verscheidene keren heeft proberen mee te krijgen; naar Cinematek; en naar de Fondation Folon. Kwestie van er uit elke regio één te kiezen –het gaat al moeilijk genoeg in België tegenwoordig, vernemen we.
In Vlaanderen, Wallonië en Brussel zijn dus telkens vijf musea genomineerd. Een professionele jury reikt een prijs uit, maar er is ook nog de Museum Publieksprijs en de Prijs van de Kinderjury, waarvoor iedereen nog kan stemmen tot 28 mei via museumprijs.be.
Vandaag is moederdag, en ik ken er minstens twee die heel graag eens naar een museum (met ons) gaan. Jullie hebben het alletwee nog van ons te goed (nee, het hoeft niet uit die lijst te komen —Le Grand Hornu mag bijvoorbeeld net zo goed). En ondertussen zal ik met Henri hier dan nog wel eens iets bezoeken.