Tally

Tally komt ons helpen op het werk voor het nakende congres. Niet dat ze hier, in onze kantoren komt werken maar het bedrijf dat haar in dienst heeft zal ervoor zorgen dat de registratieprocedures zowel voor ons als voor onze leden zou eenvoudig mogelijk zal verlopen. Eigenlijk hebben we al zo’n –zelfgemaakt– systeem, maar wat zij voorstelde, leek daar niet alleen zonder enige moeite in te passen, maar meteen ook komaf te maken met de vele problemen die zich ondertussen reeds hadden voorgedaan.

Toen ik haar de eerste keer aan de telefoon hoorde, had ik haar naam begrepen als Sally, maar toen ze zichzelf daarnet introduceerde, bemerkte ik mijn vergissing. “Tally is Hebreeuws”, legde ze uit, en in duidelijk Brussels accent voegde ze er blozend aan toe dat haar naam hemelse dauw betekent.

Ze woont twee straten verder, in het appartementsblok waar ook onze Grote Baas huist. Met zicht op straat (boeiend!) en de binnenkant van het plein omringd door de (lage) appartementsgebouwen. Iedereen heeft er een terras, maar bij haar is het meer een balkon waar met wat goede wil nog net twee stoelen op passen. Dat was minder duur, want hoewel ze Key Account Executive is, betekende dat helemaal niet dat het geld reeds bij bakken op haar rekening kwam.

Twee maanden geleden had ze overigens een huis gekocht. Een werkmanswoning ergens in het verre Vilvoorde, die er nu nog als een ruïne uitzag, maar waar ze elk vrij moment in doorbracht. Ze restaureerde het zonder veel hulp, al probeerde haar vader ondanks zijn rugprobleem regelmatig een handje toe te steken. Ze vond het niet erg. “Het is iets wat ik zelf wil doen,” benadrukte ze, “het lijkt me fantastisch te kunnen zeggen dat je je eigen huis hebt gebouwd.”

Toen het topic op fotografie kwam –we wachtten op een collega die voor een prangend probleem was weggeroepen– werd ze dolenthousiast. “Ik heb lang gedacht om een donkere kamer te installeren,” zei ze, “maar ik werk voornamelijk digitaal.” Ze deed vooral landschapsfotografie in de Brusselse regio, en binnenkort stelde ze haar foto’s tentoon. “De eerste keer,” bloosde ze opnieuw, “en ik ben verschrikkelijk nerveus.”

Het werd snel weer formeel toen mijn collega opnieuw binnenkwam, en de business cards werden rondgedeeld. Ze had voor mij haastig haar GSMnr op de achterkant van haar kaartje gekrabbeld en er in grote letters “FOTO!” bijgeschreven. Daarmee moest ik het doen, want gedurende de rest van de vergadering keek ze me niet meer aan, en ook achteraf wandelde ze haastig met mijn collega mee naar de lift. “Ik heb binnen een halfuurtje een andere afspraak,” legde ze hem uit, “en ik moet nog half Brussel door.”

Een gedachte over “Tally”

Reacties zijn gesloten.