Vrijdag hadden we besloten maar meteen in Brussel te blijven. De zaak zit zo: elke maand wordt er onder de staff waar ik werk een dinner for two verloot, in een restaurant naar keuze in het Brusselse (en voor een vooraf bepaald budget). Deze (ondertussen vorige) maand had de onpartijdige hand mij eruit gehaald.
We hebben er ongeveer een maand over gedaan om te beslissen waar we zouden gaan, en dan ongeveer de rest van de week gewtijfeld of we nu in Brussel zouden blijven, of met de wagen, of met de trein terug naar huis zouden gaan. De wagen betekende echter dat één van ons beiden niet mocht drinken; de trein betekende dat we ons misschien door het eten zouden haasten. Beide opties stuitten toch wel niet gering tegen onze bourgondische inborst.
Hotel dus. Een paar dagen op internet gezocht, ontdekt dat prijzen overal ongeveer hetzelfde waren in Brussel (tenzij je echt niks aan comfort wou), en uiteindelijk, omdat het zo zoetjesaan last-minute aan het worden was, in de Méridien terecht gekomen. Via internet slechts een fractie van de gangbare prijs betaald.
Chez Marius ligt op de Petit Sablon, en serveert Frans-Mediterraanse keuken. Het is een klein restaurant, op de hoek tegenover de kerk en het park, vlak naast een antiquair (?) gespecialiseerd in meubels uit de jaren vijftig. En dat is ook het gevoel dat je krijgt in het restaurant. Je komt dat restaurant overigens binnen via een soort sluis-systeem. De hele inkom aand (smalle) voorkant is een glaspartij (enkel glas in dunne houten ramen), en je opent de voordeur, gaat binnen in een ‘gang’ van ongeveer een meter diep, een beetje naar links, en je opent de volgende deur om de eigenlijke eetplaats binnen te stappen.
De bediening is discreet maar spontaan (en in het Frans), en de vrouwelijke helft van het gezelschap krijgt een kaart zonder prijzen.
(Ik heb dat eigenlijk sowieso het liefste voor Tessa, die meestal niet durft te nemen waar ze zin in heeft omdat ze het te duur vindt –al is ze daar het laatste jaar van aan het terugkomen.)
Aperitief: budget genoeg, zo dachten we, dus een glas bubbels elk. Lekkere bubbels, maar duur, zou blijken op de rekening (9 EUR per glas –oeps). Vergezeld van niçoise olijfjes en kreukels. We hadden thuis al beslist dat we de menu dégustation zouden nemen, dus het grootste praktische probleem was de wijn. En dat hebben we dan maar aan onze ober overgelaten.
(We drinken allebei graag wijn, maar zijn geen van beiden oenologen. We kennen ook best het verschil tussen een Shiraz en een Chardonnay –al was het maar dat de ene rood en de andere wit is– maar blind kiezen op een kaart zonder verdere smaakbeschrijving is niet altijd evident.)
Foie gras d’oie des Landes gelée fine au Sauternes: dikke plak foie gras (zeker zo goed als die uit de carrefour, Michel), geflankeerd door aardbeienconfituur en de gelei. En toast natuurlijk. De gelei paste wonderwel, een beetje citroenig, en versterkte de smaak.
Coeur d’artichaut à l’émincé de homard sur lit de roquette vinaigrette à l’huile de truffe: oh. Heerlijk stevige artichokharten op een bedje van sla, met daar bovenop de lauwe stukken kreeft. De salade had die lekker zuiderse smaak; enkel de rauwig-stevige tomaten die je altijd weer op reis krijgt, ontbraken er nog aan.
Coquilles Saint-Jacques au Champagne: de Sint-Jacobsvruchten (zonder coral) waren in een schelp op grof zeezout gepresenteerd. Ze waren heerlijk zacht en warm, en de champagnesaus was zeer licht en complementeerde de smaak van het vlees perfect. (Vlees, ja, de Sint-Jacobsvrucht is immers een spier.)
Sorbet au Gewurztraminer. No comment: een bolletje sorbet in een zwembad van hoog alcoholisch gehalte.
Carré d’agneau aux senteurs de Provence duo de cougettes et aubergines, épinards en branches galettes de pommes de terre aux amandes. Veel comments: we hadden het lam roé besteld, en het kwam heerlijk roze op tafel, maar toch volledig warm. Close to perfection. Het ‘duo’ van courgettes en aubergines kan het beste worden beschreven als een lasagne, compleet met ontpitte tomaten, alles al dente gekookt. Zelfs de (huisgemaakte) kroketjes waren goed.
Assiette de fruits rouges au coulis de framboises. De fruits rouges bestonden enkel uit aardbeien, maar als troost kregen we er nog een bolletje vanille ijs bij (dat ik eigenlijk liever niet had gekregen). Wel lekker.
Koffie en thee. Voorzien van een volle doos amandelkoekjes. En de muntthee werd getrokken uit vers geplukte muntblaadjes.
Zeer lekker allemaal. Prijs-kwaliteit misschien een beetje aan de dure kant (blij dat we het niet zelf hoefden te betalen); het etablissement zit, samen met bvb de Gouden Klok, in de categorie duurdere maar kwaliteitsvolle restaurants, waar ik eerlijk gezegd een beetje van genoeg heb. Ze zijn niet goed genoeg om te behoren tot het gezelschap van zeg maar het Laurierblad, Geuzenhof etc. maar hun prijzen gaan we die richting uit (of ze zijn al even duur).
Maar ik wijk af (al komt ik binnenkort zeker op dit onderwerp terug). We hebben een heerlijke tijd in Brussel gehad (17 uur), lekker gegeten, in een degelijk hotel geslapen en zijn relaxed terug naar Gent gekeerd. En meer moet dat niet zijn.