vrijdag uit eten

We zijn er eindelijk nog eens geraakt. Henri had er zelf al een beetje op zitten aan sturen, dus wie zijn wij om hem de geneugten des levens te ontzeggen.

“En mag ik morgen dan bij Oma Nini gaan slapen?”

(Wij waren het zelf al vergeten, het was in het begin van de week, tussen de soep en de patatten even geoppperd, als optie. Maar dat is dan weer Henri: daar moet een gigantische harddisk in zitten waar hij voortdurend aan data mining doet. Niks vergeet hij.)

Dus Bric en Brac. Rookvrij. Zonder cliché te willen doen, is dat een echte verademing. De smaak van het eten, niet zenuwachtig moeten zijn uit schrik te dicht bij de rokers te moeten zitten, geen stank die dagen in je kleren blijft hangen.

(En de tafeltjes staan net ver genoeg uit elkaar, zodat je niet naar de conversatie van de buur hoeft mee te luisteren.)

Een cappucino als begin: een soepje van paddestoelen met een laagje van melkschuim. Hadden we al eerder geproefd, maar het wordt er steeds beter op.

(Als aperitief hadden we een pommeau en een sinaasappelwijn. Vergezelfd van heerlijke olijfjes.)

Voorgerecht: kroketten met veel grijze garnalen, gefruite peterselie en citroen, en Tessa de carpaccio van rund, truffelolie, kaasschilfers en stukjes paddestoelen. Beide zeer lekker. Ik heb even van de carpaccio geproefd (geen lapjes diepgevroren vlees op je bord zoals ze dat elders wel eens durven doen): de combinatie van de olie met het vlees en de paddestoelen (die ofwel rauw, ofwel heel lichtjes gebakken waren), is overheerlijk.

Hoofdgerecht: konijnerug met rozemarijn gebakken, witloof en aardappeltjes, jus met mosterd; en voor t. verse pasta met basilicum pesto, verse tomaten en zwarte olijven. Ik heb niet van de pasta geproefd, maar Tessa was er blijkbaar mee in haar nopjes. Mijn konijn was voortreffelijk (misschien een klein beetje te zout).

(Ik ben de naam van de wijn vergeten, het was nochtans een hele lekkere –staat ook niet op de website.)

Dessert was een crème brulée (koude crème, warme gekarameliseerde suiker, zoals het hoort), en een sorbet met pompelmoes, bloedsinaasappel en mandarijn.

Wat een opluchting.