nieuwe media

Hmm. Het NIS, publiceert cijfermateriaal over de infiltratie van de nieuwe media
in de Belgische maatschappij. (Sommige informatie heeft slechts geringe
waarde: in bepaalde gevallen dateren de meest recente cijfers van 2001
of 2002.)

De individualisering van de maatschappij is duidelijk. 49 aansluitingen op 100 betreffen een vaste lijn (voornamelijk een gezinsaangelegenheid), maar terzelfdertijd waren er in 2003 maar liefst reeds 83,8% mobiele aansluitingen (8,7 miljoen). Een cijfer dat in België waarschijnlijk enkel kan verbeterd worden door ook aan kleuters een GSM mee te geven.
Volgens de cijfers van 2001 (!) behoorde België daarmee tot de middenmoot. Koploper was toen Luxemburg, met 97,9%, gevolgd door IJsland (87,6%) en Italië (84,2). In de USA was er toen ‘slechts’ een penetratie van 46,4 aansluitingen per 100 inwoners.

Internet: in het derde kwartaal van 2004 telde men 1.992.756 internetaansluitingen in België, waarvan 1.622.288 privé. Het overgrote deel daarvan (1.186.442) beschikt overigens over breedband (kabel of ADSL).

Terwijl er in 1994 nog maar 294 .be domeinen bestonden, waren er eind 2004 reeds 387.260. Het aantal computers dat permanent op internet is aangesloten is gedaald; van een piekmoment in 1999 (339.357) tot 139.210 in 2004 (zeer eigenaardig). Ondertussen beschikt zo’n 68% van de bedrijven (met 10 of meer werknemers) over een eigen website (die soms maar 1 pagina groot is). België scoort daarmee (net) boven het Europese (EU15) gemiddelde van 60%. De koplopers zijn Denemarken (81%) en Zweden (82%).

De andere cijfers over internet zijn niet echt meer relevant; zo dateren de meest recente cijfers over het aantal internetgebruikers van 2002, en de gegevens over internet op school van 2001.

(Wedden dat deze informatie binnenkort in een krantenartikel wordt vervat?)

ceci n’est pas une pipe

2.655 op 6.116 onderzoeken; hoewel wettelijk verplicht,
voorziet 43% in de horeca niet in de behoeften van de niet-rokers. Een
cijfer vergelijkbaar met de resulataten van de controles van twee jaar
geleden (bron: DS: Cafés lopen achter met rookverbod).

Hoewel ik het eens ben met onze minister van Volksgezondheid Rudy Demotte (PS), om de sigaret zoveel mogelijk uit openbare ruimtes te bannen, zie ik niet meteen het nut van de geplande nieuwe maatregelen:

Rudy Demotte wil in de reglementering nog een stapje verder gaan, en de rookvrije ruimte uitbreiden van de helft naar 75 procent. De minister wil dat niet eenzijdig opleggen, maar de horeca daarvoor sensibiliseren.

Tsja, als ze nog niet eens de wettelijke 50% kunnen opleggen, hoe schikken ze dan 75% op te leggen? En o wonder, vanzelfsprekend ziet de belangenvereniging Horeca Vlaanderen deze maatregel niet zitten:

“Wij verdedigen de huidige regeling”, zegt Luc De Bauw. “En we sporen de horecaondernemers aan zich eraan te houden. Want een totaal rookverbod hangt als een zwaard van Damocles boven ons hoofd. Als we nu ons best niet doen, dan krijgen we een volledig verbod te slikken. En dat is geen goede zaak, niet economisch en ook niet voor de gezelligheid.”

Misschien niet voor de gezelligheid van de rokers, daar kan ik De Bauw in bijtreden. Maar ik ken grote scharen niet-rokers, en luchtweggevoelige medemensen, die een volledig rookverbod alleen maar zullen toejuichen. De boodschap lijkt mij allengs duidelijk: ofwel voorziet men (eindelijk) faciliteiten (het lijkt wel een communautaire aangelegenheid) voor niet-rokers, ofwel voert men meteen een algemeen rookverbod in. Het is toch maar een kwestie van tijd voor het zover komt. Beter de korte pijn?

spaarboekjes

Het was lang geleden wat we het nog eens over ons pecuniaire topic hebben gehad. Luc Coppens heeft het morgen in DS over ons spaargeld: Als het spaarboekje “overloopt” (via de RSS feed). Voorlopig dan ook nog geen PDF, u moet morgen de krant maar eens kopen (of in de bibliotheek of op café gaan lezen –afspraak in de Vooruit?).

Mij interesseert vooral de laatste drie paragrafen:

Er zijn in dit land zowat 4 miljoen gezinnen. Samen hebben die 17 miljoen spaarboekjes en daarop staat in totaal iets meer dan 150 miljard euro. Gemiddeld wordt aan een boekje dus ruim 8.800 euro toevertrouwd. Een “gemiddeld” gezin beschikt over ruim vier boekjes waarop in totaal dik 35.000 euro prijkt. Een deel daarvan staat uiteraard op boekjes van kinderen, maar zelfs na aftrek daarvan blijft toch zeker 25.000 euro over aan onmiddellijk beschikbaar geld.

Specialisten schatten dat een modaal gezin, om veilig te spelen, op elk ogenblik over een bedrag moet kunnen beschikken dat overeenkomt met vier tot vijf keer het maandinkomen. Tweeverdieners met een hoog inkomen kunnen het uiteraard met heel wat minder doen, terwijl gezinnen met een laag inkomen allicht meer dan zes maandlonen moeten opzijzetten om tegen de financiële wisselvalligheden van het leven opgewassen te zijn. Het aantal gezinsleden speelt uiteraard ook een rol.

Tussen vijf- en tienduizend euro, laat ons daar maar ruwweg van uitgaan. Meer moet er op dat spaarboekje echt niet staan. Tenzij je nu al weet dat de auto binnen enkele maanden aan vervanging toe is. Of omdat je net in arren moede een pakket aandelen of obligaties hebt verkocht en uitkijkt naar een interessant alternatief.

8.800 EUR per boekje; vijf keer het maandinkomen als financiële backup; dát is informatie waar we iets mee zijn. Toch? Kópen die krant!

De Vacature Salarisenquête vertelde ons: 50% van de respondenten verdient bruto per maand meer dan 2.600 EUR. Volgens de vacature bruto-netto calculator betekent dat zo’n 1610,50 EUR netto, of een noodzaak van om en bij de 8.000 gespaarde euro per persoon. Dat zal best toeval zijn, want het artikel stelt dat een gemiddeld gezin over ruim vier zo’n boekjes beschikt. En al zijn we natuurlijk nog steeds niks wijzer over de werkelijke verdeling van het (spaar)geld.

populisme

De kleinste gemene deler. Judge Judy, daar doet Recht van antwoord mij nog het meeste aan denken. Het volk opjutten, de mensen onderbreken, de meest populaire naar de mond praten, cafépraat verkopen; álles behalve nadenken, onderbouwen, of uitdiepen.

Laten we maar eens kijken naar het debat over het loon van de artsen-specialisten, klonk het hier. Het wát? Debat? “Artsen verdienen te veel, hé meneer Moens,” vroeg de seksuologe uitdagend. “Artsen verdienen niet te veel Goedele.” Over, en weer, over, en weer, over, en weer. Een ping-pong spelletje waar de échte cafébaas (Stevaert) heel rustig bij bleef. Dat sierde hem tenandere.

Stevaert was waarschijnlijk naar Vilvoorde getrokken omdat hij het nu eenmaal politiek verplicht was, en met de gedachte alles mooi over zich heen te laten gaan, rustig zijn standaard argumenten opdravend. En dan zetten ze daar een moegetergde en heetgeblakerde Moens tegenover. Ze hebben tenslotte een programma te maken bij VTM. Vol spektakel en sensatie, want hadden ze echt willen informeren, dan hadden ze de mensen volzinnen laten gebruiken, en misschien ook wel één van die onderbetaalde specialisten erbijgehaald, zoals een pediater of een gynaecoloog (dag buurman), ipv van een klinisch bioloog en een cardioloog.

Zeer spitsvondig was het ook, de huisarts te laten opdraven, wiens vrouw net een vreselijk verkeersongeval had meegemaakt en slechts nipt door ’s mans collega-specialisten werd gered. Mijn sympathie voor wat die mensen hebben meegemaakt, maar wat daar nu de relevantie van was? (Ook dit kon Stevaert niet uit zijn lood slaan. Pech voor de VTM.)

Een non-event. Ik ben niks wijzer geworden, waarmee ik bij deze, en met gerust hart, Liekens terug naar het gat in mijn geheugen mag verbannen.

verantwoordelijkheid

Het zijn toestanden. Dan gaat ge naar het ziekenhuis, sterk tegen uw goesting, want zeg nu zelf, voor uw plezier gaat ge daar niet naar toe, wordt ge geöpereerd, en dan wilt ge natuurlijk zo snel mogelijk weg. Ah ja, hoe zoudt ge zelf zijn. De dokter ziet dat natuurlijk weer anders, ge zijt nog niet volledig genezen, zegt hij, maar kom, ge voelt u goed, zo goed, dat ge bijna een door de gang wilt dansen om de dokter van uw gelijk te overtuigen. Dat zal wel, dat die u nog in het ziekenhuis wil houden; hoe langer gij in ’t ziekenhuis blijft, hoe voller hun zakken worden gevuld. Maar niet met u, gij wilt naar huis, dus ge gaat naar huis.

Tot er thuis complicaties optreden, en ge u twee dagen later toch weer slechter begint te voelen. Want ja, misschien hebt ge uzelf een beetje overzet, dienen eersten dag. Misschien waart ge toch maar beter niet te voet naar de Delhaize gewandeld, en dan met vier zaken beladen teruggekeerd. ’t Was niet zover, en die nieuwe heup, die moet toch gerodeerd worden. Bovendien is het toch ook niet schoon van de dokter, dan had hij u maar niet naar huis moeten laten gaan.

Want dat is het toch weer allemaal hé. Meneer den dokter zegt, ja gaat dan maar naar huis, ik kan u hier toch moeilijk opsluiten, maar ondertussen zit ik met de gebakken peren. Straks mogen ze mij terug opensnijden, en kan gans de miserie van voor af aan herbeginnen. Godverdomme. Zie mij, ik geraak met moeite uit mijnen zetel. Zelfs met mijn kruk.

Frans heeft gezegd dat ik mij zo niet mag laten doen. En dat de dokter mij zo niet had mogen laten gaan, want dat hij goed wist dat ik nog verzorging nodig had. Ge zoudt hem beter een proces aandoen, dat waren zijn exacte woorden.

Ziekenhuis verlaten doe je het best met afspraken (DS 18/01/2005) —als PDFke

breakfast in bed

Kellogg’s Special K met rode vruchten, halfvolle melk, en oploskoffie achteraf. Idem voor Henri, zonder de koffie, welteverstaan. Tessa was lange tijd verslingerd aan een of andere granenmix, maar die blijkt te moeilijk verkrijgbaar, waardoor ‘ze haar twee mannen’ in het vrouwengoedje maar is gevolgd.

In het weekend worden de ontbijtvlokken dan weer onverbiddelijk aan de kant gezet voor ontbijtkoeken, en een gekookt eitje (4-5 min). Of pannenkoeken.

Het tijdsverloop blijkt nauw aan te sluiten met de bevindingen van de bond (een kwartiertje tijdens de week, een halfuur, vaker zelfs langer, tijdens het weekend). Wie het eerste op beneden is, zet de tafel, wie als laatste weg is, ruimt af. Wacht, nee: meestal ruimt Henri de tafel af. We hebben hem daar nooit om verzocht, maar die jongen doet dat gewoon uit eigen beweging, elke ochtend en avond, en tijdens het weekend ook ’s middags. Verbazingwekkend.

Maar naar TV wordt niet gekeken tijdens de maaltijd. Naar de krant soms wel. Sluiks.

Lezen bij het ontbijt (PDF) (uit DS)

(En hoe zit het met uw ontbijtgewoonten?)

open deur

Stadeus is weer serieus mee met zijn tijd. Niet alleen beschikt hij over een iPod, zo mochten we eerder al in een column vernemen, nu blijkt dat de muziek die hij daarop speelt bovendien nog legaal verkregen is ook. In zijn column vandaag, Muziekdieven en hun lullige excuses, speelt hij moraalridder tegenover de geperverteerde jeugd (aka de kleine crimineel). Neen aan de betutteling! was de slogan, geloof ik.

Vier, vijf jaar geleden was zijn standpunt ongetwijfeld gedurfd en vooruitstrevend, vandaag komt het hooguit een beetje wereldvreemd-conservatief over (waarbij wereldvreemd een epitheton voor conservatief is, en ik derhalve dus niet beweer dat alle conservatieven wereldvreemd zouden zijn).

Structureel en technisch is de tekst goed opgebouwd –dat zijn we onderhand van Stadeus wel gewoon– maar inhoudelijk is hij veel te betuttelend (vooral als je die jeugd wil aanspreken), en nostaligisch-ouderwets. (Ik ben nochtans een fan van nostalisch-ouderwets, getuige daarvan veelal mijn taalgebruik, en mijn voorkeur voor analoge apparatuur.)

Om te beginnen zijn cd’s de jongste jaren veel goedkoper geworden, maar het downloaden gaat er alleen maar op vooruit. En die smoes gebruiken we anders toch ook niet? Ik vind auto’s eigenlijk veel te duur, maar daarom rij ik nog niet zonder betalen met het nieuwste model de toonzaal uit.

Dat rijmt geheel niet (zonder het dan nog over de fysieke verschillen te hebben): auto’s worden gestolen om door te verkopen, CDs (liedjes) worden ontvreemd voor eigen gebruik (gemiddeld genomen dan wel). Een uitspraak als Om te beginnen zijn cd’s de jongste jaren veel goedkoper geworden laat mij trouwens Stadeus’ bewering dat hij zijn CDs allemaal koopt, ten zeerste in vraag stellen.

Een betere vergelijking, is die met software en spelletjes. Zelden is alle software op een computer ook door de eigenaar van de computer aangekocht. Want ook die kopie van Office, die u van het werk hebt ‘geleend’, en die u dan misschien thuis ook wel voor het werk gebruikt (om columns op te tikken bvb), is op uw thuiscomputer allesbehalve legaal.

Och kijk, en ik voel mij helemaal niet geviseerd door die column. Om dan toch maar een open deur in te trappen: alle muziek die ik heb, werd op legale manier verkregen; álle 1500+ CDs (en die paar iTMS liedjes). En dan heb ik wel mooi zeggen, dat ik het schandalig vind door de plaatenmaatschappijen behandeld te worden als een (potentiële) dief, omdat ze mij copy controlled CDs verkopen. CDs, die overigens geen CDs zijn, toch niet volgens de red book CD standaard. Maar ja, dat past dan weer uitstekend in de good enough mentaliteit die het (conservatieve) establishment zichzelf oplegt.

Kijk, een PDF-ke. Dan kunt ge meeklappen.

potten

Potten en ketels, that is, die van dat spreekwoord. De Vlaamsche kwaliteitskrant drukt vandaag de nieuwsbrief van het communicatiebureau reflex af, meer bijzonder het stukje over Het brilletje van Verhofstadt.

Woah! Cornelis waant zich waarschijnlijk nog in de 19e eeuw. Of hij is jaloers dat hij geen woordvoerder meer is voor de VLD, dat kan natuurlijk ook.

Of de bril van Verhofstadt nu passend is of niet doet eigenlijk niet terzake, maar de manier waarop Cornelis op het neusornament reageert, getuigt van een kleinburgerlijkheid en vastgeroestheid die zijn gelijke niet kent.

Wat ik nu op de neus van premier Guy Verhofstadt te zien kreeg, moet voor de liberale partij als een donderslag bij heldere hemel zijn overgekomen. Had de oprichter van de VLD, de schrijver van de Burgermanifesten nu zijn laatste intellectuele handelsmerk overboord gegooid? Wat ik zag was iets wat ik op de neus van auteur Tom Lanoye of Geert Lambert, de voorzitter van Spirit verwachtte. Leuke modieuze boys, lekker progressief, ja een beetje snob en oh zo ijdel. Maar toch niet op de neus van de premier?

Dat houd je toch niet voor mogelijk?!
Niet dat Cornelis ook maar één woord meent van wat hij schrijft. hij zit immers zelf in de wereld van trends en uiterlijk. Natuurlijk hoopt hij dat er straks een mode-opbod losbarst over wat nu de mooiste jurk zou zijn voor de zwangere Freya Van Den Bossche. Natuurlijk hoopt hij dat iedereen zijn nieuwsbrief met veel consternatie en ontzetting leest. Het communicatiebureau van Cornelis kon immers best wat reclame gebruiken. En geen reclame zo makkelijk als wat controverse. Reflex is tenslotte een communicatiebureau; Cornelis kent het reilen en zeilen van de branche. De ziel van de politicus, my ass. Die ziel van de politicus, is, net zoals die van de medewerkers van de communicatiebureaus, reeds lang te vondeling gelegd.

fietsrijbewijs

U weet het al, dit zijn de berichtjes waar ik over val. Curiosa, zoals dit: Dronken fietser mag niet meer met de auto rijden

Johnny V.H. uit Steendorp (Temse) is zijn rijbewijs kwijt omdat hij dronken op de fiets naar huis reed. De man van 32 viel woensdagavond van zijn fiets. Voorbijgangers hadden gezien dat hij terug opstapte en zigzaggend over de weg verder reed. De politie hield de man aan de kant en verwittigde het Dendermondse parket. De procureur van dienst trok meteen zijn rijbewijs in. Volgens het Dendermondse parket gebeurt dat slechts heel uitzonderlijk, maar de man had dan ook 3 promille alcohol in het bloed.

Conclusie: je zal maar beter zorgen dat je over een rijbewijs beschikt voor je met de fiets de deur uit gaat.

Kunnen ze dat bij voetgangers ook? Of als je een andere zware overtreding begaat te voet of met de fiets? ’t Is geen kritiek hé (ik zou niet durven, stel dat ze mijn rijbewijs afpakken), ik ben gewoon nieuwsgierig.