Even terug naar die digitale vergroters. Meteen na die post heb ik domweg op Google de termen digital enlarger ingegeven, en meteen kwam ik met een hoop zaken terug, waarbij vooral de DeVere 504 DS Digital Enlarger opviel [01 02].
Recent kreeg ik echter een mailtje van Opa Pettson, waarin hij me verwees naar een discussie op flickr. Daar had ene Jason “pyro” Putt het over waiting for price of digital negitive transperant lcd’s to come down in price
, en daarbij zelf refereerde naar Müllersohn, een Duits bedrijf dat een digitale vergroter verkoopt. De L1200 bestaat eigenlijk uit een Durst vergroter met een speciale Digitale ‘kop’ met een resolutie van 7,7 MP, die zowel Z/W als kleur aankan.
Langs de andere kant lees je dan bij Pietel hoe tevreden hij is van zijn (digitale) laboprints, en hoe zijn digital workflow verschoven is van Digital Asset Management en RAW bewerking, naar afwerking voor print en kleurprofielen
.
Fascinerend allemaal, en het maakt het er lang niet makkelijker op. Vooral de amateur die het grotendeels zelf wil doen heeft het lastig te ontdekken welke richting de beste is om uit te gaan. Fotoprinters of vergroters? Een strijd die nog niet eens echt begonnen is.
Alles hangt er vanaf in welke mate je zelf controle wil hebben over het volledige proces en hoe hoog je eisen zijn.
Ik ga bij een goed labo en dat bespaart me veel tijd, geld en kennis. De prints zijn van zeer hoge kwaliteit, maar waarschijnlijk kan het nog beter.
Maar uiteindelijk laat ik graag enige foutmarge toe. Als ik enkel prints zou maken van foto’s die perfect scherp zijn, zou ik – zeker bij portret – heel saai materiaal hebben.
Ook voor de prints volstaat “zeer goede kwaliteit” voor mij. Perfect is nooit mogelijk.