“Hoezo ge hebt niets gehoord?” Ze kijkt mij vol ongeloof aan bij het ontbijt. “En om half zes?”
Ik schud gespeeld geschaamd het hoofd, maar kan amper de pretlichtjes in mijn ogen wat dimmen. “Gij hebt mij die slaappillen voorgeschreven”, probeer ik nog.
Deze week heb ik elke nacht een pil gepakt. Een beetje gelijk anticonceptie, maar dan tegen slapeloosheid i.p.v. zwangerschap. Ik zoek het soms ver in mijn vergelijkingen.
Pil slikken, even wachten, en hopla: lights out. En dan hoor ik niks meer, noch de aanhoudende spelletjes van buurman, noch de wachtgsm van Tessa, die deze week de hele nacht door rinkelt. En nee, ze heeft geen shifts: ’s nachts is ze van wacht, en overdag gaat ze gewoon werken. Het wordt tijd dat die wachtweek voorbij is, want straks crasht ze nog. En zij mag zo geen pilletje pakken om door het gerinkel te slapen.