De reading list is twee boeken korter geworden, enkel om daarna met drie boeken te worden uitgebreid. Zaterdag heb ik eindelijk Glen David Gold, Carter beats the Devil uitgelezen –ik was eraan begonnen in mei, in Berlijn. (Dit lange aanslepen zegt niets over de kwaliteit van het boek, wel integendeel, het komt meteen in mijn top 10 te staan.)
Ik had eventjes gedacht een korte bespreking te geven, maar er zijn er al genoeg te vinden op het web. Suffice it to say, this is a highly recommended read.
BTW Charles Carter, aka Carter the Great, was echt een magician. Het boek wemelt overigens van de historische figuren zoals Philo T. Farnsworth (en Pem), Francis (Borax) Smith, Warren G. Harding, Houdini, en Carter zelf, die enkel worden gebruikt als basis voor een fictief verhaal. ‘nough said.
Uitermate verheugd over het feit dat ik eindelijk nog eens een boek uit had, heb ik zondag dan maar meteen Pieter Aspe, Grof Wild, uitgelezen (slechts 123 pagina’s). Met daarin voorbeeldig proza zoals:
Toen ze trouwden had Victor haar het aards paradijs beloofd en om dat te bereiken had hij keihard gewerkt. In het begin had Eva begrip opgebracht voor de offers, die Victor moest brengen op het altaar van de mammon.
Juist ja. Geen commentaar, en op naar het volgende boek.
De drie nieuwe boeken zijn Robert Ludlum, The Bourne Identity (tBI), Alex Garland, The Beach, en Michael Crichton, Prey. Als deel 1 van tBI aanslaat, weten we weer wat gekocht (er volgen er nog twee namelijk). De verhaallijn is gelijkaardig met XIII –Van Hamme heeft overigens zelf toegegeven dat hij de inspiratie voor de reeks bij Ludlums boek haalde.
Al kan het natuurlijk best zijn dat ik met Prey begin.