roepen

Heel luid en heel hard kan je me horen roepen als er weer maar eens een onverlaat zich niet aan de snelheidslimiet houdt. In de bebouwde kom en op de gewestwegen dan toch, want snelheidsbeperkingen op de autosnelweg, daar zet ik zo mijn vraagtekens bij (al is het niet onbegrijpelijk).

Maar vijftig is vijftig, zeventig is zeventig, negentig is negentig, en zelfs dertig is dertig (hoe moeilijk soms ook). En dat scheelt heus in de veiligheid van de ‘zwakkere’ weggebruikers, terwijl het hooguit een paar seconden winst of verlies uitmaakt voor de gemotoriseerde (of fietsende !) medemens.

Maar wat moet je dan nog meer doen, dan je aan die snelheidslimieten houden? Anticiperen natuurlijk, maar dat is tevens een taak van de overheid. Wanneer de overheid stelt dat je op een bepaalde weg negentig mág rijden, dan dient de overheid óók haar verantwoordelijkheid op te nemen, wanneer bijvoorbeeld die limiet niet adequaat blijkt.

De scouts treft geen schuld. Noch de organisatie, noch de leider, van wie snel een begeleider wordt gemaakt (om diens verantwoordelijkheid af te zwakken ?). Ook de overheid (de bosbeheerder) wordt vrijgesproken. De grote schuldige in dit proces is de chauffeur, die zich nochtans aan de wettelijk toegelaten snelheid hield.

Dit alles staat in schril contrast met de uitkomst van een proces, twee jaar geleden, toen twee kinderen (13 en 14 jaar) werden doodgereden aan de Gasmeterlaan te Gent. De maximumsnelheid is daar 50, het zicht op de weg is goed te noemen, maar de bestuurder, die toen minstens 100km/u reed, werd slechts gedeeltelijk aansprakelijk bevonden. Een uitspraak die toen algemene consternatie opwekte (Milde straf voor doodrijder DS 17/12/2002).

Het vonnis in het geval Clavier is veel moeilijker te verklaren, al gaf de woordvoerder van de VVKSM gisteren de pap in de mond op de VRT: zijn boodschap Blijf ook met voldoende plezier aan scouting doen. is niet mis te verstaan.