[IF2004] 9 Songs

Wie dacht op het filmfestival gelijkgestemde zielen te vinden, die gaan om de film te bekijken, zat bij 9 Songs duidelijk in de verkeerde zaal. Ik werd rechts, voor en achter mij omsloten door onze kauwende en burpende medemens –nog een geluk dat ik mij bij het gangpad had gezet (aisle, please), of ik was helemaal omsingeld.

Maar ik ging dus voor de film. Ik had hem gekozen om de regisseur, Michael Winterbottom, die voor de soundtrack van zijn recentere films beroep op Michael Nyman heeft gedaan. Eigenlijk had ik nog maar bitter weinig werk van Winterbottom gezien: Jude (naar de roman van Thomas Hardy), omdat mijn moeder daar ‘indertijd’ vrijkaarten voor had (ook al voor het filmfestival), en The Claim, gewoon omdat Nyman voor de soundtrack had gezorgd.

Ook deze keer zat er een behoorlijk Nyman-gehalte in de film: twee tracks (Debbie en Nadia, beide afkomstig van de sountrack voor Winterbottoms Wonderland) en een korte opname van Nyman’s 60th Birthday Concert.

Het verhaal:

9 Songs takes place in London in the autumn of 2003. Lisa is an American, studying in London for a year. Matt, a glaciologist, meets her at a rock concert at the Brixton Academy and falls in love with her. The film follows their domestic and physical relationship and includes music from the concerts they go to together: Black Rebel Morotcycle Club, The Von Blondies, Elbow, Primal Scream, The Dandy Warhols, Super Furry Animals, Franz Ferdinand, Michael Nyman. At Christmas, Lisa leaves London and returns to America.[bron]

En meer dan dat is er aan verhaallijn niet te vinden. Het is een intimistische low-budget film, gemaakt met een crew van drie + de twee acteurs, en die bulkt van de expliciete seksscènes: Winterbottom’s Nine Songs has caused a huge furor in Britain because it insists on showing full penetration, fellatio, ejaculation and cunnilingus being enjoyed by stars Kieran O’Brien and Margot Stilley. [bron]

Pluk die seksscènes eruit (het grootste deel van de film), maak er mpeg-jes van en zet ze op het internet, en ze zijn niet te onderscheiden van een bepaald soort amateurfilmpjes die er nu al met regelmaat van de klok opduiken. Maar door de film te onderbreken met korte huiselijke taferelen, wordt het realisme van de expliciete scènes versterkt.
De scènes choqueren dan ook niet door de seks (we zijn tegenwoordig wel het een en het ander gewoon), maar door een zeker gevoel van voyeurisme dat wordt opgewekt door de vanzelfsprekende en natuurlijke manier waarop dit zeer intieme aspect van de relatie wordt getoond.

Is het een goede film? De film is niet meer dan een tranche de vie, eerder een (zeer persoonlijk) portret (stilleven) dan een statement. Hooguit laat hij de toeschouwer met een onbehaaglijk gevoel achter bij het bekijken van de intieme scènes. Zoek er niet te veel achter (zeker geen arty-fartiness), want WYSIWYG.

Zie ook: de bespreking van Piers Handling en het artikel in The Independent: Lights, camera, explicit action.

lune de guerre

Frans voor ’t stripverhaal; Duits (Die Hochzeitsfeier) of Engels (The Wedding Party) voor de film; Nederlands voor de regisseur (Dominique Deruddere).

Lune de guerre is een sterke strip, gedreven door een scenario van Van Hamme (de man achter XII, Thorgal, Largo Winch en Le grand pouvoir du Chninkel, om maar iets op te noemen) en getekend door Hermann (Jeremiah, Les Tours de Bois-Maury, Comanche en Bernard Prince). Van Hamme laat zich vaak inspireren door anderen (intertekstualiteit heet dat dan), en net zoals XII naar The Bourne Identity, en Chninkel naar 2001, A space Odyssey errm refereren, roept Lune de guerre zeer sterk de sfeer van Thomas Vinterbergs Festen op (de eerste dogma film).

Maar goed, het meesterstukje wordt verfilmd door Dominique Deruddere, sterk gesubsidieerd door onze Duitstalige buren. De film is een coproductie van MMG (producent van De Zaak Alzheimer en Flikken) en twee Duitse filmbedrijven: Typhoon en Fanes Film (Das Experiment). Belgen bekleden sleutelposities achter de camera. […] Voor de camera spreekt men Duits.

En Deruddere maakt blijkbaar met veel zin voor subtiliteit de overgang van strip naar film:

“Als ik de strip letterlijk verfilm, wordt het inderdaad een groteske, gore bedoening,” lacht Deruddere tussen twee opnames door. “Maar je kunt wel raden dat dat mijn ding niet is. Hier wordt ook wel eens een schot gelost, en er vloeit bloed, maar ik ben zo vrij geweest die strip zeer ruim te adapteren. Enkel de kerngedachte blijft overeind: hoe kan een onnozel detail, garnalen die niet vers meer zijn, een conflict zo laten escaleren dat je moet vrezen voor je leven? Voor mij is levensgevaar al straf genoeg. Niet iedereen hoeft aan flarden te worden geschoten.” [DS]

We moeten evenwel nog even op onze honger blijven zit tot de film in onze zalen wordt vertoond: de release is voorzien voor 12 oktober 2005. Dan nog blijft het onzeker of de film hier sowieso wordt uitgebracht (tenzij misschien in zalen zoals Studio Skoop), wegens het al te Duitse karakter van de film. Hilde Van Mieghem:

“Dominique (Deruddere) heeft het geluk dat hij met producent Marc Conrad werkt. Ik ken hem, hij is heel goed en zal Dominique alle steun geven. Niettemin is dit geen Belgische film meer. De Belgen spelen maar bijrollen. De grote rollen zijn voor de Duitsers.” [DS]

Duimen maar.

hetzelfde

Ik moet ermee stoppen. Het is nu al weken aan een stuk hetzelfde liedje: elke donderdagavond blijf ik wakker door de magere VT4 film heen, om enkel wakker te kunnen blijven tijdens het eerste halfuur van C.S.I.

Terwijl C.S.I. zoveel stukken beter is dan C.S.I. Miami besliste VT4 om de opvolger prime time uit te zenden, en het origineel ergens weg te moffelen. Met 22u zou ik nog kunnen leven, het nachtelijker 23u30 gaat mij ertoe nopen de video te progammeren en de afleveringen vervolgens nooit te bekijken. (Net zoals Alias op TV1 overigens).

En dus blijf ik overgeleverd aan de betuttelende David Caruso.

uit de oude doos

Nu we het toch over de fnac hebben: ik stapte de fnac binnen met mijn nieuwe lidkaart (bedankt voor de waarschuwing)…

En bij de DVDs (links bij het binnenkomen), stonden een ganse hoop gezellig goede oude griezelfilms. Onder het mom van the inspiration for Van Helsing ofte Universal Studios Home of the Original Monsters, staan er films uit de jaren 30 voor een prikje te koop (7,50 EUR ’t stuk): The Mummy, The Invisible Man, Frankenstein, Bride of Frankenstein, Dracula, en nog een stuk of wat.

Ik heb alvast de eerste twee uit het rijtje mee naar huis genomen –straks gaat Henri slapen, Tessa is van wacht, en ik kan me weer zoet houden.

Secret Window

Van de drie films op mijn lijstje, heb ik er de slechtste uit gekozen. Niet dat ik dit op voorhand wist, want dan had ik mijn keuze natuurlijk kunnen bijsturen. Een ticketje voor de cinema is zo al duur genoeg dankuwel (zelfs als is het dan een gratis voucher).

Mijn opties waren deze keer

  • Secret Window
  • Taking Lives
  • The Butterfly Effect

Gothika had ik al gezien, Van Helsing leek mij te belabberd, van Kill Bill heb ik het eerste deel nog niet gezien en The Passion of the Christ, tsja, neen dank u.

Bovendien begon de film pas om 20u30, en zat ik al stipt om 19u30 (als eerste) in de zaal. Een verbijsterde zaalhostess kwam om de vijf minuten kijken of ik mij wel naar behoren wist te gedragen. En of ik wel wist dat de film pas om 20u30 begon. Binnen een uur. Niet getreurd, dat gaf mij meer tijd voor Cryptonomicon (voorbereid als ik was).

Nogmaals ‘bovendien’, was ik tot vijf minuten na het begin van de film ervan overtuigd dat ik eigenlijk naar een andere film ging kijken. Heel even dacht ik dat de zaal in collectieve vlaag van verontwaardiging ging rechtveren om de juiste film op te eisen. En wel zonder uitstel. Maar ik stond alleen.

Niet The Butterfly Effect dus, maar Secret Window. Met Johnny Depp en Maria Bello van E.R. en Coyote Ugly –OK, niet echt een referentie, maar op zulke momenten klampt een mens zich aan alles vast. Mét muziek van Philip Glass. Helaas naar een verhaal van Stephen King.

De laatste keer dat ik genoten heb van een film (gebaseerd op een boek van King) was met The Shining. De eerste keer was met Carrie. Die films dateren van resp 1980 en 1976. Sindsdien ging het alleen maar bergaf. (Tenminste met mijn appreciatie voor zijn films. Met King zelf ging het steeds maar beter. Financieel dan.)

In vier woorden: bespaar u de moeite. Een flinterdun verhaal, zo voorspelbaar als wat. Ik kan er echt niks over vertellen zonder een paar spoilers ertussen te gooien, en als u nu per se uw geld aan deze film wilt vergooien, dan wil ik het weinige plezier dat u eraan zal beleven, niet vergallen.

Maar u weze gewaarschuwd.

We few, we happy few. We band of brothers.

Season five (Buffy) was toch echt wel een sterke jaargang. De season finale (The Gift) was meteen ook de 100ste aflevering, en had in alle opzichten het einde van de serie kunnen zijn (gelukkig niet).

Voor een keer heb ik ook naar de extra’s gekeken, met daarin o.a. een 30 minuten overzicht van de ganse jaargang. Waarbij meteen opvalt hoeveel er is veranderd –en in welk tempo!

Het is al te lang geleden dat ik de vierde jaargang heb gezien, maar ik heb zo het gevoel dat jaargang vijf er een is waarbij de serie meer inhoud gekregen heeft.

*grijns* Het doet me even terugdenken aan de oorspronkelijke Buffy film, die ik samen met Tessa gezien heb in ’92 of ’93 tijdens een stortbui in Thailand, temidden van een hoop hagedissen die kwamen schuilen op ons terras. Met Luke Perry of all people

(Zou season seven al uit zijn op DVD?)

pierken pierlala

Ook al Pierken Paulus Pasolini. Il Vangelo secondo Matteo gemist (nu ja) op tv. Ik herinner mij inderdaad die film op Sint- Barbara te hebben gezien –ik herinner me tevens The Belly of an Architect als schoolfilm te hebben gezien, en dat heeft me geïntroduceerd tot Peter Greenaway, Wim Mertens en Michael Nyman. Edoch.

Evengoed herinner ik mij een weddenschap –jongens onder elkaar– om naar Salò o le 120 giornate di Sodoma te gaan kijken in de Skoop (Studio Skoop aan het Sint-Annaplein in Gent). De 80 of 90 Belgische Franken (ongeveer 2 EUR) die het kaartje kostten, hoefde ik niet te betalen, zolang ik maar de ganse film kon uitzitten zonder de zaal te verlaten (of zonder te kotsen). Van de film zelf herinner ik me niet te bijster veel meer, behalve een aantal Nazistische verwijzingen, en vooral het vreselijk veel vernederend –al dan niet psych(olog)isch– geweld. En de betekenis van het woordje scatologisch.

(Maar de 80 franken heb ik niet hoeven terug te betalen. En ik weet inderdaad nog best met wie ik daarnaar gaan kijken ben.)

Gebaseerd op De Sade, en volgens IMDB heeft ook Barthes aan het scenario meegwerkt (additional texts). In de Fnac heb ik onlangs nog een verzameling van Pasolini zien liggen. Maar ik ken zijn werk niet goed genoeg om daar meteen mijn geld aan uit te geven…

(Ik ben niet zeker of ik het wel wil kennen, maar ben benieuwd genoeg om ooit toch eens Il Decameron, Medea en Edipo re te willen zien. En waarom niet, om Salò o le 120 giornate di Sodoma eens bewust te herzien; ik had me destijds zonder enige voorkennis laten meeslepen, en dat lijkt me niet meteen de meest ideale situatie om zo’n film te gaan zien.)

Gothika

Eergisteren nog eens een filmpje meegepikt –zoals de Nederlanders dat zeggen. Het was weer een tijdje geleden (ongeveer een jaar, een denk ik). Tessa zit in Barcelona voor een congres, Henri is bij zijn grootouders, en ik had alleen mijn katten. (Tot vanavond, want dan komt alles en iedereen terug thuis.)

We hadden een tijdje geleden een aantal bioscoopcheques voor de Kinepolis Groep gekregen, en ik kon er maar beter gebruik van maken voor ze verstreken. Maar er speelt bijzonder weinig interessants in de Decascoop. Of toch om 20u00 op maandag.

21 Grams speelde enkel om 22u45, en bovendien wil Tessa die ook zien, tot Monster voelde ik mij niet meteen aangesproken, evenmin tot Once Upon a Time in Mexico (zelfs al is het met Johnny Depp), Runaway Jury komt binnen de kortste keren toch op tv, en The Last Samurai speelde pas om 22u30.

Gothika (official site) dan maar. Licht verteerbaar, suspens, en vooral weinig volk in de zaal.

Gothika werd geregiseerd door Mathieu Kassovitz, die we nog kennen (zoals Troy McClure) als acteur van o.a. Le Fabuleux destin d’Amélie Poulain en als regisseur van o.a. de schitterende verfilming van Les Riviéres pourpres (aka The Crimson Rivers), naar het boek van Jean-Christophe Grangé (ik ben ondertussen Le vol des cigognes aan ’t lezen –nog 80 bladzijden).

Als thriller is Gothika lang niet slecht. Als verhaal is het veelbelovend, maar slordig uitgewerkt. Geholpen door beeld en geluid zal de film je echter op het puntje van de stoel houden, voor een groot aantal van de bioscoopgangers zelfs met de handen voor de ogen. Wreed verschietachtig, niet echt aangeraden als ge daarna alleen naar een groot leeg en donker huis moet terugkomen. Hmm.

Binnenkort gaan we overigens met z’n alleen eens naar de cinema, want ik heb Henri min of meer beloofd dat we naar Finding Nemo gingen kijken. Wat meteen aantoont hoe ‘mee’ ik ben met de huidige programmatie, want het ding speelt al lang niet meer in de zalen. Meer nog, ik zag gisterenavond de reclamespot op tv: Vanaf woensdag overal te koop op video en dvd.
Euh ja. ’t Zal dus Brother Bear worden (of Scooby Doo 2).