growing up

Loslaten is waarschijnlijk een van de moeilijkste zaken in het ouderschap. Dat we langs alle kanten in de media gebombardeerd met de meest verschrikkelijke zaken in de samenleving, maakt het er heus niet gemakkelijker op. Zaken die er overigens ‘vroeger’ waarschijnlijk ook wel waren, maar waaraan minder (grootschalige) ruchtbaarheid werd gegeven omdat we gewoon niet over de middelen beschikten om dat te kunnen.

In mijn tienerjaren was ik een beetje een wildebras. We woonden in ‘den buiten’, op ruime lappen grond, met als geburen vaker koeien in een weide of maïs in een veld dan menselijke soortgenoten. Kinderen hadden er vrij spel (ik weet niet of dat nog zo is); erg gevaarlijk spel soms.

Zo gingen we zwemmen in een van de putten die waren ontstaan door zandwinning voor de E3, en die nadien met water waren gevuld (?). Dat waren klaarblijkelijk diepe putten, waarin vanzelfsprekend absoluut niet mocht worden gezwommen, en waar dicht langs de kant nog restanten gewapend beton konden worden aangetroffen, waaruit delen verroeste ijzeren stukken staken die net onder het water lagen verborgen. Vanzelfsprekend wisten we die allemaal tot op de millimeter liggen, en is er nooit een ongeluk gebeurd.

Het was ook niet ongewoon dat onze ouders destijds niet echt wisten wat we deden, of waar we ons bevonden. Die controle was zo goed als onbestaand. Tenminste zo leek het toch, want anders dan de boodschap op tijd thuis te zijn voor het middag- of avondeten, werd ons de grootste vrijheid gegeund. (Let wel, en dit is zeer belangrijk: dat betekent niet dat onze ouders er niet mee in zaten, of daar niet mee bezig waren.)

Als ik aan die tijd terugdenk (en dat van die vijver is slechts het topje van de ijsberg –ik wil mijn moeder liever niet al té ongerust maken), dan weet ik niet of dergelijke avonturen vandaag nog mogelijk zijn. Waarschijnlijk is de sociale controle veel groter, maar is het ook steeds moeilijker om een kick te krijgen uit kleine dingen. De voorbeelden die kinderen voorgeschoteld krijgen zijn vaak reeds zo extreem, maar tegelijk schijnbaar ook zó binnen het handbereik, dat de gevaren zich onmiddellijk lijken aan te dienen ipv dat er naar toe wordt gegroeid. (En hier houd ik maar even abrupt op.)

Ik hoop dat ik sterk genoeg ben om Henri voldoende vrijheid te kunnen geven als die vraag zich aandient.

5 gedachtes over “growing up”

  1. aah, herkenbaarheid. als ik van collega’s hoor dat hun kinderen niet bij de jeugdbeweging mogen omdat dat te gevaarlijk is, dan krijg ik bv al de kriebels.

    Goed nieuws voor de kleine echter: op amper 8 km van gent wordt nog steeds illegaal gezwommen in een zogenaamde “put”, met verroest staal en al. Exacte locatie op aanvraag verkrijgbaar.

  2. Tijdens het babysitten laatst weekend (dochtertje van mijn zus) zat ik ook te bedenken wat er allemaal zou kunnen misgaan als die hummel binnenkort gaat beginnen/kunnen lopen (en verder…). Je kan er beter niet aan denken, helemaal verlammend werkt dat. En ja, vroeger vloog ik als tiener tijdens de grote vakantie bij een tante in Diksmuide en zaten we met vriendjes hele dagen in de velden, bij de boeren en gingen we in de Ijzer gaan zwemmen. Als je bedenkt dat ze in die tijd niet keken op een beetje meststof, nitraten, pesticide minder of meer is het een wonder dat ik er vandaag niet bijloop als een soort softenon-patiënt . Of is heel die broldiscussie allemaal gewoon overtrokken?
    PS.: Kikkers opblazen, leuk! Zou met Gaia vandaag ook niet meer kunnen, phoe…

  3. Je maakt daar een punt, Huug.

    We zijn zo geïnformeerd vandaag (en soms mis, uiteraard) dat we van vanalles en nog wat de (verborgen) gevaren kennen. De koters van vandaag zijn algemeen genomen in elk geval beter af dan deze die 100 jaar geleden in de “natte continu” werkten (met de voeten in het water en de fijne vingertjes tussen de radertjes van de machines). De roet viel toen ook gewoon in brokken naar beneden uit de fabrieksschouw op de arbeidersbeluikjes ernaar.

    Let op : ik pleit niet minder milieubewustzijn (ook precies m.o.o. van het behoud van de aarde naar de komende generaties toe), maar we hebben onze levensverwachting de laatste 100 jaar wellicht – enige overdrijving – verdubbeld.

  4. Als ik van mijn kleine zou weten dat hij hetzelfde uitspookt als wat ik tot nu toe al heb uitgespookt, dan houd ik mijn hart vast. 🙂

  5. Als je bij heel mooi weer eens wat verder wandelt, kan je de jeugd van de Europabrug zien springen. Ook best hedendaags risky, moet ik zeggen.

Reacties zijn gesloten.