publiek geheim (v): de ontsluiting

Vandaag is een dag van opruimen en afscheid. Vandaag is mijn laatste dag. Mijn contract loopt pas af eind augustus, maar gezien de vele verlofdagen die ik nog heb opgespaard en een beetje goodwill van de werkgever, kan ik straks de deur zacht, maar definitief, achter mij toetrekken.

Vandaag heb ik ook veel papier verwerkt, waarvan er een deel door de versnipperaar is gehaald (paswoorden en andere gevoelige informatie), maar waarvan het grootste deel toch in de papiermand is verzeild geraakt. Met Collega Martini (en Henri) ben ik daarnet een laatste keer chapati gaan eten in de kelders van de City2.

“En wat gaat ge nu doen”, was de veel gestelde vraag vanochtend bij de koffiekoeken.

Ach, ik loop al een tijd met grootse plannen rond, waar ik voorlopig nog niets over kwijt wil. Maar kijk, we beginnen met vakantie. Het BNRF! De Gentse Feesten! De trip naar Amerika! Het verblijf aan de kust! Jazz Middelheim! Jazz in ’t Park! Het wordt een gezellig drukke zomer.

publiek geheim (iv)

Zeg je neen tegen een paar duizend euro? Maar misschien is dat wel het antwoord en ben ik nog op zoek naar een geschikte vraag.

Voor mij was het al langer een uitgemaakte zaak: als men mij aanbiedt mijn contract te verlengen, dan bedank ik vriendelijk maar beslist het aanbod. Ondertussen heeft de werkgever zelf al laten weten dat het contract niet wordt verlengd, om reden van herstructurering. De taken die ik uitoefen, zullen worden verdeeld over een aantal externe bedrijven. Per 6 juni mag ik het bedrijf verlaten, de rest van mijn contract hoef ik niet te vervullen gezien ik nog 31 vakantiedagen heb ‘liggen’, en de rest krijg ik er gratis bij zodat ik naar nieuw werk kan zoeken.

Vriendelijk, ware het niet dat (bijna) iedereen iets over het hoofd heeft gezien.

Bruno, tu devrais voir S.M. Elle est au troisième. Tu ne devrais pas te contenter de ce que le management veut t’offrir. Tu devrais insister sur tes droits.

(Ik werk bij een soort overkoepelende vakbondsorganisatie, had ik dat al vermeld?)

S.M. sprak Nederlands: “De wet is duidelijk in uw geval. Als u langer twee jaar ononderbroken voor dezelfde werkgever werkt, en niet ter vervanging van iemand anders, dan beschikt u de facto over een vast contract van onbepaalde duur. En moet u dus ook een navenante opzegtermijn of -vergoeding krijgen.”

De formule Claeys leert mij dat ik recht heb op zo’n vijf maanden opzeg. Mijn werkgever heeft mij van de beslissing –mijn contract niet te verlengen– op de hoogte gebracht door een brief op mijn toetsenbord achter te laten. Rekening houdend met het feit dat ik eigenlijk een vast contract heb, is de werkgever wettelijk gezien al in de fout gegaan. Ontslag –want dat is het nu geworden– dient met aangetekende brief of per deurwaardersexploot te gebeuren.

Wanneer het ontslag niet volgens de wettelijke regels is gebeurd, dan is het ontslag met vergoeding van toepassing, zo vertelt mij de site van het ACV (Algemene regels inzake opzegging, onderaan de pagina). Dat betekent dat ik protest aanteken tegen de manier waarop mijn werkgever mijn ontslag wenst te regelen, en een opzegvergoeding kan eisen voor mijn resterende vakantiedagen, en de rest van de opzegtermijn.

Verder is er het geval van werkgevers die de intentie hadden over te gaan tot ontslag met (gepresteerde) opzeggingstermijn, maar de wettelijke regels in dat verband niet hebben nageleefd: de kennisgeving van de opzegging gebeurde niet bij aangetekende brief, de brief vermeldt de duur van de opzeggingstermijn niet, enz. […]

De verbrekingsvergoeding stemt overeen met het loon dat is verschuldigd voor de duur van de normale opzeggingstermijn. Een voorbeeld: indien je recht had op een opzeggingstermijn van drie maanden, dan kan je, indien geen (geldige) opzegging is betekend, aanspraak maken op een vergoeding die overeenstemt met drie maanden loon […]

Even had ik gevreesd dat mijn werkgever kon eisen dat ik de opzegtermijn zou ‘uitzitten’, maar bovenstaande toont aan dat zulks niet (noodzakelijk) het geval is. Rest de vraag of de werkgever dat zal betwisten, ik daarvoor dus een advocaat in de arm zou moeten nemen, en of het mij dat allemaal wel waard is. Zou dat (laatste) de juiste vraag zijn?

(Voeg daaraan toe dat ik niet graag profiteer –ik geloof niet in een rechtenmaatschappij— en mijn dilemma wordt alleen maar groter. U kan die vraag over dat dilemma overigens enkel beantwoorden als u de hele situatie en voorgeschiedenis kent –maar ik mag doodvallen eer ik die op het internet zet.)

publiek geheim (iii)

“So, what happened on Friday?”, begroette Collega E. mij vanochtend. Vrijdag is haar vrije dag in haar vier-vijfden werkregeling, en ze is druk bezig met een niet onbelangrijk deel van de organisatie van de nakende conferentie. Maar eerlijk gezegd, ik had geen idee. Het kan mij allemaal ook maar matig interesseren.

Het grootste deel van mijn tijd besteed ik nog steeds aan Het Project, al is de druk daar tegenwoordig minder sinds i. de mailbox doet en O. de fotoredactie. Op het werk is er helemaal geen druk, op een projectverslag dat half mei moet worden ingediend na, en waar ik waarschijnlijk een halve dag tijd zal in moeten steken. Dat leidt tot dode momenten, die ik graag anders zou spenderen dan doelloos op het internet. Ik heb stapels boeken die ik wil lezen, stapels films die ik wil zien, evenementen die ik wil verslaan, persconferenties die ik wil bijwonen, fotomomenten die op mij wachten om vastgelegd te worden. (Uitslapen, dat staat ook hoog op het verlangenlijstje.)

Het komt allemaal gelukkig dichterbij. Juli is amper twee maand ver, en dan is het nog slechts een paar lege weken doorbijten in augustus. Al zijn er nog een heleboel praktische zaken die moeten in overweging genomen worden. Wat doen we bijvoorbeeld met de wagen, en met de motor? Het heeft geen zin die dingen te houden als we ze toch weinig of niet gebruiken. Zou een abonnement op Cambio niet interessanter zijn? En een kleinere motor of een Vespa, die wél zou gebruikt worden. Bovendien krijgen we nog steeds gedurende drie jaar een gratis abonnement op De Lijn als we de wagen wegdoen. Tijd ook om de boekhouder eens te contacteren, en te zien wat fiscaal het meest interessante statuut voor mij kan zijn. (Nee, ik wil geen werkloosheidsuitkering, dankuwel. Er zijn mensen genoeg die dat nódig hebben.)

Ondertussen kabbelt het hier voort. Men waarschuwt mij er steeds meer voor dat mijn vertrek bij management zal aankomen als een donderslag bij heldere hemel. Dat niemand mijn project zal overnemen omdat niemand hier over de nodige knowhow beschikt. “Nothing new”, en dat was ook mijn antwoord voor Collega E.

T minus 7 days, overigens. Dat is min of meer mijn deadline voor het projectverslag, en daags nadien dien ik mijn leave request in.

publiek geheim (ii)

Het is een grote stap, met veel gevolgen en repercussies, maar dit was geen ondoordachte beslissing. De katalysator was het probleem rond het jaarlijks verlof. Elke drie jaar wordt er een grootschalig internationaal congres door Het Werk georganiseerd, waar tot nog toe niemand werd verplicht aan deel te nemen. De congresperiode werd constitutioneel vastgelegd in bijna exact dezelfde periode als de Gentse Feesten en Blue Note Records Festival. Een periode die voor mij non negotiable is. (Net zoals het filmfestival overigens.)

Het verlof werd geweigerd. Toen ik argumenteerde dat ik in die periode thuis moest zijn door familiale omstandigheden (vakantieregelingen van de madam en de (schoon)ouders –niet eens half gelogen), werd daar nogal laagdunkend over gedaan. En eigenlijk was dat de druppel die de emmer deed overlopen.

Want familiale omstandigheden, zo hield men mij voor, zijn taken voor de vrouw, die zich maar beter schikte naar de werkomstandigheden van de man. Dat mijn madam arts is, doctor zelfs, met een carrière die vele keren prioriteit had over de mijne, kon men niet geloven. En dat ik het daarmee eens was, nog minder.

Niet alleen was dat standpunt voor mij vanzelfsprekend geheel onaanvaardbaar, het stond nog eens diametraal tegenover de –al even constitutioneel vastgelegde– principes van Het Werk. Een omzetting van een tijdelijk naar een vast contract –wat verdoken werd aangeboden in ruil voor deelname aan het congres– interesseert mij dan ook geheel niet meer.

Zegt de madam de laatste tijd meer en meer: “ge zult nog zien, ze willen u helemaal niet weg.” En ik moet haar meer en meer gelijk geven. Het onderwerp wordt angstvallig vermeden, naar de verlofperiode wordt niet meer gevraagd. Het gerucht gonst dat er wordt verwacht dat ik gewoon mijn verlof opneem, daarna verder kom werken, en dat mijn contract op 1 september automatisch wordt verlengd.

Tegen het einde van maart dien ik de aanvraag voor mijn verlofperiode in. Ik geloof dat ik –als ik alle verlofdagen opneem– in juli en augustus gecombineerd nog een week of twee-drie moet werken. Hopelijk wordt het een schone zomer.

publiek geheim (i)

Eigenlijk ben ik hier al weg.

Bij momenten vraag ik mij zelfs af of ik hier wel echt ben geweest. Behalve fysiek aanwezig dan. Laten we het erop houden dat het niet mijn ding is, om elke dag opnieuw achter een bureau plaats te nemen, tijd te verdoen, en op het einde van de maand een som geld op mijn rekening gepresenteerd te krijgen. Bovendien was er sprake van enige discrepantie tussen de ideologie van de organisatie en de manier waarop die intern in de praktijk werd gebracht. En daar kon ik mij niet langer in vinden.

Voeg daaraan toe dat mijn nevenactiviteiten hoe langer hoe meer van mijn tijd in beslag nemen. Bij momenten loop ik er meer bij als een zombie dan een echte levende, en het voortdurend onbeschikbaar zijn voor het gezin is ook geen pretje. De madam bouwt tot haar tevredenheid een mooie carrière uit met een job die ze verschrikkelijk graag doet, en toch is ze meer aanwezig dan ikzelf.

Want to all intents and purposes beschik ik momenteel over twee jobs. Voor één daarvan word ik betaald, maar die voer ik uit zonder ziel; en in de andere zit al mijn geestdrift en energie, maar die is onbezoldigd. Een tijd lang heb ik geprobeerd de ene werkgever als sponsor voor de andere te beschouwen, maar toch bleef het op een aantal fronten knagen. Om niet te zeggen dat ik het van mijzelf niet correct vond.

Dus wordt mijn contract niet vernieuwd. Het was een contract van bepaalde duur, dat na de beëindiging in augustus mogelijks zou worden omgezet naar een contract van onbepaalde duur. Die kans is door omstandigheden echter klein geworden, en ik ben ondertussen niet langer vragende partij. Of er zou iets fundamenteels moeten veranderen.

(wordt vervolgd)

publiek geheim (0)

Nog nooit gebeurd! Maar om u niet te veel op uw zenuwen te werken met mijn cryptische omschrijvingen, ga ik de komende paar maand af en toe een met paswoord beschermd artikel posten.

Die artikels zullen allemaal dezelfde titel hebben, en eenmaal het geheim helemaal publiek mag worden, gaat het paswoord eraf. Zoals ik al zei: dat kan relatief kort of nog heel lang duren. Maar dat was oktober vorig jaar, dus is die wachttijd toch al minstens 4 maand korter. (Neen, ik ben niet zwanger.)