Coings, oranges et cardamome

“Och, zijn dat kweeperen?”, vroeg ik vorige week half-extatisch bij de groenten- en fruitboer. Ik nam er meteen drie mee naar huis, goed voor één kilo. In Christine Ferbers Mes confitures zou ik zeker een recept voor kweepeerconfituur of -gelei terugvinden. Meer dan één zelfs, zo bleek. Maar alle vroegen ze om Jus de coing, en de recepten zelf om 1,3 kg (of 800 netto) vruchten. Dus ging ik de volgende dag terug om meer. Een kilo meer, en dan waren ze meteen ook uitverkocht.

it's food, baby

Zo’n kweepeer, dat ziet er –als ge geluk hebt tenminste– soms een beetje uit gelijk een gewone peer. Meestal zijn het echter van die knoestige dingen, die van ver nog wel eens aan een peer of appel laten denken. Ze zijn flink uit de kluiten gewassen, en dus ook nogal zwaar. Rauw smaken ze redelijk bitter, maar ze zijn heerlijk in confituur, of als compote. Ik had nog een beetje overschot, van zowel de jus als de vrucht zelf, en ik heb dat gisterenavond met wat honing tot compote verwerkt. Ik heb het Henri opgediend met braadworst en couscous, en hij was danig onder de indruk. (Ik heb hem nog niet verteld dat het kweeperen waren i.p.v. appels, ik zou graag hebben dat hij eerst van de confituur proeft. “Oh, appelconfituur”, riep hij vanochtend verblijd uit toen hij de potjes ontdekte.)

Uit een heleboel recepten heb ik uiteindelijk gekozen voor coings, oranges et cardamome. Al klopt dat niet echt, gezien ik geen kardemom in huis had, en dus maar kaneel heb gebruikt. Eén van de redenen waarom ik voor dat recept heb gekozen, is omdat er appelsien in zit. Een kweepeer, ziet u, dat heet in het Portugees marmelo, en daaruit is de benaming marmelade afgeleid. Een marmelade was oorspronkelijk een soort confituur, waarin kweeperen en een citrusvrucht werden verwerkt (meestal appelsienen).

it's food, baby it's food, baby

We zetten ons aan het werk. Als u kweeperen koopt, kiest u best de meest welriekende vruchten uit de voorraad.

Benodigdheden

  • 1,3 kg kweeperen, goed voor 800 g gekuiste vruchten
  • 20 cl jus de coing
  • 100 g kristalsuiker
  • 275 g suiker Maxi-Fruit 3+1
  • twee appelsienen
  • het sap van twee appelsienen
  • het sap van één citroen
  • een beetje kaneel (of een mespunt fijngeplette kardemom volgens het oorspronkelijke recept)

Voor de jus de coing

  • 2 kweeperen
  • water

Zo gemaakt

Dag 1, des avonds

Wrijf de kweeperen stevig af; vaak ligt er een donzig laagje op de schil. Spoel ze af in fris water, snij er de uiteinden af (zorg ervoor dat de zwarte uiteinden van de bloem weg zijn), en snij ze in vier. Leg ze in een kookpot, en voeg water bij tot de vruchten goed onder staan.

Breng dit aan de kook, en laat het gedurende een goed uur flink doorpruttelen –af en toe eens roeren. Doorpruttelen is een wetenschappelijke term waarmee men bedoelt dat in het water bubbels worden gevormd, maar dat er geen risico op overkoken is. Geen al te stevig vuur dus.

Giet het nadien door een chinois (zo’n puntvormig vergiet), en druk met een houten lepel stevig de vruchten uit tegen de rand. Verwijder de pulp uit het stramien, en giet de jus er nog eens door. Laat afkoelen, en plaats in de koelkast tot de volgende avond.

Dag 2, des avonds

Wrijf de kweeperen af, spoel ze af in fris water, snij de uiteinden eraf, en verdeel ze in vier. Haal de kern en de pitten eruit, en snij ze vervolgens in fijne schijfjes (u bent er even mee bezig). De vrucht verkleurt snel, dat is niets om u zorgen over te maken.

Spoel de twee appelsienen goed af, en wrijf ze droog met een handdoek. Snij ze in fijne schijfjes.

In een (confituur)kookpot verwarmt u deze schijfjes, samen met de 100 g kristalsuiker en het sap van de andere twee appelsienen tot de appelsienringen wat doorzichtig worden.

Voeg er dan de kweepeer aan toe, het citroensap, de (3+1) suiker en de kaneel (of kardemom als u er toch in huis had of hebt gehaald). Breng dit tot het bibberpunt, en giet het in een glazen pot. Het bibberpunt, dat is alweer zo’n wetenschappelijke term, waarin het zaakje begint te sudderen, en er wat bellen worden gevormd, maar nog net niet gaat koken.

Laat afkoelen, en plaats in de koelkast tot u de volgende dag opnieuw wat tijd hebt.

it's food, baby

Dag 3, des avonds

Breng het brouwsel van de vorige dag voorzichtig aan de kook (dit kan al gedeeltelijk opgesteven zijn, niet mee inzitten, dat wordt opnieuw vloeibaar), en laat een tiental minuten goed doorkoken. Schuim af waar nodig, roer voorzichtig, en let op de indikking.

Verdeel de confituur in potten en sluit die meteen af. Laat –zoals steeds– minstens een dagje afkoelen voor u de eerste pot aanbreekt.

it's food, baby

Deze confituur is heerlijk op een sneetje toast, maar ook op een pannenkoek, of zelfs bij –op diervriendelijke manier verkregen– foie gras. Smakelijk.